Quantcast
Channel: Marathonduivenjournaal
Viewing all 2129 articles
Browse latest View live

Napoleon van Team Vollebregt verkocht naar Japan

$
0
0

Afgelopen donderdagavond belde duivenvriend Louis Vollebregt me op met de mededeling dat hij hun Napoleon had verkocht aan de heer Kijima uit Japan. Hij kreeg een bod wat hij niet kon afslaan. Als hij dat wel had gedaan, dan was zijn nachtrust voorlopig niet meer goed gekomen, vertelde hij mij.  In de stem van Louis hoorde ik trots, maar ik las er ook een flinke dosis weemoed in, dat hij deze duif heeft moeten laten gaan. Collega Hans Bodelier heeft een mooi verhaal geschreven over Napoleon en deze deal, wat ook de lezen is op de website van Team Vollebregt (http://www.teamvollebregt.nl/). Dit mooie verhaal over een fenomenale duif willen wij de lezers van Het Marathonduivenjournaal niet onthouden. Dit vond Louis Vollebregt ook! Veel leesplezier en mijn dank aan Hans Bodelier.

 

‘Napoleon’ – Team Vollebregt:

“Back to the roots”

In de Europese geschiedenis is de naam ‘Napoleon (Bonaparte)’ een begrip, zo zwaaide hij een poos de scepter over Nederland in de tijd dat dat een provincie van Frankrijk was.

In de hedendaagse fondwereld is de naam ‘Napoleon’ binnen enkele jaren tijd ook uitgegroeid tot een begrip, tenminste dat kunnen we toch wel stellen als we de titels der laatste jaren van deze geweldenaar de revue laten passeren:

  • 1e Nationale Asduif TopPigeons Z.L.U. Fondspiegel 2014 – 2015
  • 1e Nationale Asduif TopPigeons Z.L.U. Fondspiegel 2013 – 2015
  • 1e Nationale Asduif TopPigeons Z.L.U. Fondspiegel 2012 – 2015
  • 1e Asduif Marathon Noord 2013 – 2015
  • 1e Asduif Afdeling 12 ‘De Kuststrook‘  2015
  • 1e Asduif Afdeling 12 ‘De Kuststrook‘  2014
  • 1e Asduif NIC 1542 – 2015
  • 1e Asduif NIC 1542 – 2014
  • 4e Asduif Z.L.U. Noord en Zuid-Holland 2015
  • 6e Asduif Z.L.U. Noord en Zuid-Holland 2014
  • 9e Asduif nationaal Z.LU. 2014
  • 10e Asduif nationaal Z.L.U.2015
  • 21e Asduif internationaal 2015
  • 35e Asduif internationaal Barcelona 2014 -2015
  • 43e Asduif internationaal 2014

In 3 jaar won ‘Napoleon’ de volgende prijzen:

2013

26-07     503e nat. Narbonne  4.515 duiven (1006 km)
588e int. nat. Narbonne  jaarlingen 7.859 duiven

2014

05-07     267e nat. Barcelona 5.423 duiven (1211 km)
737e int. nat. Barcelona 21.143 duiven

14-07     56e nat. Marseille  4.899 duiven (1011 km)
154e int. nat. Marseille 12.054 duiven

01-08     597e nat. Perpignan 6.414 duiven (1055 km)
1885e int. nat. Perpignan 17.962 duiven

 

2015

03-07     79e nat. Barcelona 5.183 duiven (1211 km)
173 int. nat. Barcelona 19.083 duiven

17-07     258e nat. Marseille 3.610 duiven (1011 km)
727e int. nat. Marseille 10.238 duiven

31-07     189e nat. Perpignan 5.589 duiven (1055 km)
579e int. nat. Perpignan 15.937 duiven

 

Deze geweldenaar wist deze geweldige prestaties (met 2 jaar achter elkaar maar liefst 3.277 prijskilometers binnen 4 weken, nadoen!) en asduif kampioenschappen in 3 jaar tijd binnen te slepen en dan te bedenken dat hij nu pas 4 jaar oud is.

Het leveren van deze super prestaties heeft hij van geen vreemden. In de afstamming van ‘Napoleon’ komen we veel toppers tegen. Aan vaderskant de geweldenaars van Cas van de Graaf en terwijl de moeder van ‘Napoleon’ rechtstreeks komt van de gekende Gebroeders Kuijpers in het Limburgse Neer. Deze ‘Dochter Japanner’ heeft als vader ‘De Japanner’ rechtstreeks van Mr. Hiroshi Kijima en de moeder is een kleindochter van de ‘Barcelona 1’ van de Gebroeders Kuijpers.

‘De Japanner’ werd door Mr. Hiroshi Kijima gekweekt uit wellicht de beste 2 fondduiven die er zijn geweest, t.w. ‘De Joop’ van Biemans Teteringen ‘Beste fondduif aller tijden’ gekoppeld aan de ‘Beatrix’ van de Gebroeders Kuijpers en winnares van 2 auto’s met 1e nationaal St. Vincent en 2e nationaal Dax.

Pocahontas

Mr. Hiroshi Kijima is een groot liefhebber van toppers op de grote fond en heeft in de loop der jaren al heel wat toppers naar Japan weten te transfereren, zoals de reeds genoemde ‘Joop’, ‘Beatrix’, ‘Barcelona Vanoppen’, de ‘Smaragd’ maar ook de ‘Victoria’ van Jan Polder, de ‘Super Ben’ 2e en 1e nationaal Barcelona van Ben Robert en nog veel meer toppers en in 1999…….. ook de ‘Pocahontas’   van……..Gebroeders Vollebregt!
Louis en Kijima

Mr. Hiroshi Kijima en Louis Vollebregt bezegelen de deal met ‘Pocahontas’ in 1999

Nu – 17 jaar later – herhaalt de geschiedenis zich. Tijdens de 35e ‘Gouden Duif-viering’ kwam het tot een ontmoeting tussen Louis Vollebregt en Mr. Hiroshi Kijima. De interesse van de Japanse grootmeester in ‘Napoleon’ was groot. Door tussenkomst van Mister ‘De Duif’- Jan Hermans sloten de heren een deal waardoor ‘Napoleon’ inmiddels vertrokken is naar het land van zijn  grootvader ‘Japanner’, Japan.

Hiermee komt een abrupt einde aan een korte maar geweldige carrière van ‘Napoleon’ op de Wassenaarse hokken. ‘Een aderlating is het zeer zeker’, zegt Louis met enige weemoed in zijn stem maar hij vervolgt ‘ik heb er nog kinderen van en daarbij nog enkele andere duiven die gezien hun prestaties hoop geven voor de toekomst.’

In het land van de rijzende zon zal ‘Napoleon’ ongetwijfeld ook voor furore gaan zorgen!


Hans Bodelier – Echt

Het bericht Napoleon van Team Vollebregt verkocht naar Japan verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.


Gesprek tussen twee duivenvrienden (1)

$
0
0

Dit verhaal is een gesprek tussen twee duivenvrienden. Waar hebben ze het zoal over? Blijft het vlak of worden er strijdplannen gesmeed. Lees het en het wordt u duidelijk …

 

 

Ik wil met de 14-549 gaan kweken. Hij  komt uit: vader 08-995 (zoon Bonte duivin) met een dochter van de MdM, de 05-076. In mijn ogen een goede achtergrond.

 

De 549 is dus, in de goede lijn, een kleindochter van de Bonte !!! En die wilde je zetten op… ???

 

Nee, de 549 gaat naar zijn moeder en dat is dochter MdM. En ik wil hem op Dochter Lieveling zetten.

 

Het is dus een doffer?

 

Ja

 

Dochter MdM met Bonte Bergerac?

 

Zoon Bonte duivin

 

Ik stelde mijn vraag niet goed … tegen wie stond MdM, toen die dochter eruit kwam? De Bonte Bergerac?

 

Ja, de Bonte Bergerac

 

Mooi, dan zit er heel veel goed bloed in deze 549. Ik dacht ook de Ouwerkerk-kweker van Piet.

 

Ja dat zag ik ook, vriend. Ik ben vorig jaar in totaal 5 jongen verspeeld … dus valt nog mee.

 

De Bonte Bergerac is een halfbroer van de 18e nationaal Carcassonne van ons … zelfde moeder Het Witpen Duivinneke. 5 jongen verspeelt is niet veel!!

 

Het is wel mooi …. bepaalde koppels heb ik alles nog van en van andere koppels 4 van gekweekt en 3 kwijt. Het komt wel goed, vriend. Ik heb hier groot vertrouwen in.

 

Goed zo! Heb je nu de meeste koppels op papier?

 

Ik heb nu wat meer duiven om te spelen.

 

Dat begreep ik. Jaarlingen naar Bordeaux ZLU?

 

Alle duiven die ik van je heb en die ik vorig jaar heb gespeeld, hebben allemaal prijs gespeeld.

 

Dat wist ik al, grote vriend

 

Ik heb van de 8 duiven die ik had 1 die geen prijs speelde … Klaartje.

 

Die haalt de schade dit jaar in op Barcelona … … of je ziet haar nooit meer

 

Ja ik hoop van niet maar denk het ook.

 

Je hebt haar tot nu toe niet gespeeld op vluchten waarvoor ze geschikt is.

 

Ze was op 1 fondvlucht een week te laat.

 

Dat zegt niets, vriend … Echt niet … … bij dit soort duiven.

 

Nee, maar heb er duiven bij die ik hoger aansla.

 

Dat snap ik

 

Het zijn duiven van alles of niets … Of ze komen en hebben goed der prijs of slaan helemaal mis. Ik ga komende dagen de koppelingen samenstellen. Mijn compagnon heeft er ook zin in.

 

Nog ff terug op Klaartje … Die vluchten onder de 900 km zijn te makkelijk voor die duiven en haar motivatie is nog niet goed.

Dat is mooi, maat, dat je met de koppelingen bezig bent.

 

Wat bedoel je motivatie … niet goed

 

Motivatie is niet goed voor haar, anders doet ze er geen week over. Dat zwerven heeft ze steeds gedaan. Als haar motivatie op een dag goed is en de afstand is verder, gaat ze het misschien wel doen

 

Waar ligt dat aan, vriend …die instelling van haar?

 

Geen idee, vriend. Ik zou haar voor Barcelona klaarmaken op jongen van 6-7 dagen

Kijken of dat voor haar een goede motivatie is.

 

…… wordt vervolgd ……

Het bericht Gesprek tussen twee duivenvrienden (1) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Hoe worden de jaarlingen gespeeld? (3)

$
0
0

Het derde deel al weer over het spel met jaarlingen. Dit keer drie unieke verhalen van drie topliefhebbers, die allerdrie vanuit een andere situatie hun plan moeten maken. Frank die na komend seizoen gaat verhuizen. Jan die vorig jaar veel pech had met zijn jongen en Gerard waarbij het vorig jaar volgens plan ging. De eerste twee liefhebbers spelen middaglossing en bij Gerard zijn de ZLU-vluchten zijn lievelingsvluchten en is uiteindelijk Barcelona het ultieme doel. Leest u maar, het zijn mooie verhalen ……

 

Frank Zwiers, Breda

Onze topper uit Breda aan het woord: ‘De jonge duiven worden altijd ingespeeld, meestal is dit op de navluchten, dit zijn 7 vluchten van 60 tot 250km. Na deze vlucht van 250 km speel ik ze dan door op Gien wat 450km is. Een jaar later gaan de jaarlingen gewoonlijk vanaf vlucht 1 mee en krijgen 2 marathon vluchten. Omdat ik dit jaar ga verhuizen zullen ze 3 vluchten krijgen om zo te kijken of er een super talent tussen zit. Normaal presteren mijn jaarlingen zeer slecht, ik heb slechts 2 uitzonderingen gehad die als jaarling enorm presteerde. Ze kwamen beide uit “Manouk” en zijn beide ten prooi gevallen aan de roofvogels, zodat ik niet weet wat ze het jaar daarop gedaan zouden hebben. De jaarlingen speel ik dus vooral voor de ervaring en moeten goed thuiskomen dat wil zeggen op de goede dag. Het spreekt voor zich dat ik niet veel waarde hecht aan de prestaties van jaarlingen. Ze presteren als jaarling onvoldoende en daardoor kan ik ze niet selecteren. In 2015 vlogen 4 duiven teletekst die alle 4 als jaarling slecht hadden gepresteerd. Dat zegt genoeg!’

De mannen

Jan Broersma, Roodeschool

De Noordelijke Topper met een kleine vliegploeg vertelt: ‘dit jaar zal een zeer aangepast jaar gaan worden voor de jaarlingen. Ik heb in 2015 ontzettende pech gehad met de jonge duiven. Had 30 stuks jonge duiven die op de dag van de eerste overnachtvlucht slechts enkele rondjes rond het hok konden maken. Liet ze in de middag los voor hun oefenrondjes waarna ze uit het zicht verdwenen. Uren verstreken zonder dat ik er ook maar eentje zag. De lucht trok dicht en het begon gestaag te regenen en mijn voorgevoel werd bewaarheid. Op een enkeling na heb ik ze nooit meer gezien. De latere zomerjongen zijn door omstandigheden slechts 1 keer gespeeld op de natour. 1 x 130 km hebben mijn zomerjongen dus gehad.

Ik ben dus niet van zins deze jaarlingen op een verre vlucht te spelen. Alles zal in het teken staan om deze jaarlingen ervaring op te laten doen die ze als jong hebben gemist. Probeer ze wekelijks te spelen en enkele dagfondvluchten mee te laten pikken. Als het niet kan zoals het moet dan moet het maar zoals het kan. Ze hoeven niet te presteren op deze vluchtjes. Zijn ze niet voor gemaakt. Ze moeten wel redelijk op tijd thuis geraken en niet regelmatig uren te laat. Gezond en strak moeten ze wel blijven. Ze moeten vitaliteit uit blijven stralen ook als het een keertje tegen zit. Dat vind ik heel erg belangrijk. Volgend jaar hoop ik niet op dezelfde manier te moeten spelen en dan gewoon weer zoals ik het liever zie. Een mooi aantal jaarlingen die als jong hun opleiding al hebben gehad.

Zoals gezegd zal het voor mijn jaarlingen een jaar van opleiding worden zonder een 2 daagse vlucht. Andere jaren speel ik mijn jaarlingen wel op een 1000 km vlucht en wel de laatste vlucht van het seizoen voor ons Bergerac. Heb mindere ervaring met jaarling te vroeg spelen op 1000 km. Ze missen dan ritme en ervaring zo vroeg in het seizoen.’

Jan Broersma

Gerard Schellekens, Riel

Gerard uit het Brabantse Riel, die vorig op Barcelona liet zien nog steeds over een geweldige ploeg marathonduiven te beschikken, vertelt: ‘De laatste jaren blijven de jonge duiven zoveel mogelijk op het hok waar ze gespeend zijn. De jonge duiven worden, na Perpignan, op de natourvluchten meegegeven. De intentie is om ze zoveel mogelijk vluchten te laten doen, afhankelijk van de weersvoorspelling. Afgelopen jaar achteraf te voorzichtig geweest, met als gevolg maar 4 vluchten t.w. 86 km-153km-257km en 153km. De laatjes (12 stuks) hebben in oktober 1x Quivrain gevlogen.

De eerste ronde van de kwekers heb ik onder de jaarlingen verlegd en komen binnenkort (18 mrt) op jong.  Zodra de jonkies 15 dagen oud zijn, gaan de jaarlingen los. Ze zijn afgelopen winter 1  keer per week los gekomen. Vanaf medio april gaan ze wekelijks de mand in, om zoveel mogelijk ervaring op te doen. Het grootste gedeelte blijft op nest, een hokje van 11 koppel op totaal weduwschap.

De afgelopen jaren, deden de jaarlingen doorgaans 2 eendaagsfondvluchten en als slot NPO vlucht Bergerac (812 km)  middaglossing. Verder heb ik in 2015 10 jaarlingen op Narbonne gespeeld, internationaal 5 prijzen. Komend seizoen naar alle waarschijnlijkheid 3 eendaagsfondvluchten tussen 600/700 km. Als laatste vlucht in het eerste weekend van augustus de keus uit Bergerac middaglossing of Ruffec (704 km) ochtendlossing. Voorkeur gaat uit naar ‘n  hopelijk  pittige Ruffec. Agen voor de jaarlingen is jammer genoeg te vroeg in het seizoen mijns inziens. Mijn ervaring is wel, dat de duiven die als jaarling het best komen, de betere blijven, uitzonderingen daar gelaten. Voorbeelden: In 2012 werd Cahors en Bergerac vanwege het weer een ochtendlossing i.p.v. een middaglossing. Gemiddeld 50 jaarlingen mee en 22 prijzen. O.a. “Sam.Noir l” 014/11 2 op 2 Nat….nadien Nat. 23e-31e-91e etc (8 op 8) en “Sam.Noir ll”125/11 2 op 2 Nat….nadien Nat. 78e-139e-178e-215e etc. (8 op9). Een der beste fondduiven aller tijden op het hok Schellekens was “De 453/80”, deze kwam als jaarling totaal ontredderd een week te laat van La Souteraine. Op veel hokken betekent dat … plaats maken! Nadien vloog hij tegen gemiddeld 15.000 duiven Nationaal 19e-23e-56e-101e-194e-196e– etc.

 

Maar in het algemeen krijgen de jaarlingen, die hier goed tot redelijk naar huis komen als 2 jarige,  2 a 3 ZLU vluchten voorgeschoteld, afhankelijk van de zwaarte. En door de onbeperkte deelname op Pau, zal dat de openingsvlucht worden dit jaar.  En jaar erna staat dan als 3 jarige, Barcelona op het programma. Het huidige beleid is dus….als jaarling goed inspelen en ervaring opdoen op de afdelingsvluchten, om het jaar daarop hopelijk te vlammen op voornamelijk de ZLU-vluchten. Het voordeel is minder verliezen, dan wanneer men de jaarlingen Agen- Narbonne laat doen. Maar veel is afhankelijk van de situatie, het weer en de gezondheid en vorm van de duif.’

 

 

Het bericht Hoe worden de jaarlingen gespeeld? (3) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Liefhebbers missen regelmatig een plan (1)

$
0
0

Als ik aan de koffietafel met duivenliefhebbers zit te melken, dan stelt er weleens iemand een vraag die er toe doet. Laatst vroeg iemand mij, wat maakt een goede liefhebber een goede liefhebber ten opzichte van de mindere liefhebbers? Deze vraag kun je vanuit verschillende invalshoeken beantwoorden. Een bekende collega-columnist schreef eens: ’Een goede liefhebber onderscheidt zich van een mindere liefhebber, omdat hij de zin van de onzin kan scheiden’ … Daar zit heel veel in!!! Er is echter meer en dat zal deze collega-columnist vast niet ontkennen. Ik denk dat een goede liefhebber een plan heeft. Dat plan hoeft niet ingewikkeld te zijn, maar het is een verzameling van ideeën die uiteindelijk leidt naar een goed hok met duiven en met prestaties die je van zo’n goed hok met duiven kan verwachten.

 

Een goed plan heeft uiteindelijk een doel. Dat doel kan heel verschillend zijn. Je wil de beste marathonduivenspeler van Nederland zijn. Omdat dit moeilijk te meten is, afgezien van het jaar 2014 waarin Arjan Beens iedereen de baas was op bijna alle fronten, vind ik persoonlijk een doel als: Tot de beste marathonduivenliefhebbers gaan behoren van Nederland voor een lange periode, een realistischer doel. Andere marathonspelers willen graag een keer nationaal Barcelona winnen. Welke marathonduivenspeler wil dat niet? Je zou ook kunnen gaan voor een stam duiven, die met regelmaat een duif oplevert die in de nationale Top 50 van Barcelona vliegt. Maar goed … een ieder kan daar zijn eigen keuze in maken. Een oplettende lezer heeft al lang gemerkt dat ikzelf van doelen houd, die haalbaar zijn voor iedereen die er op een goede manier naar streeft. Met andere woorden een doel mag uiteindelijk geen frustratie worden!

 

Met het stellen van een doel is een plan niet af. Toch kom ik dat regelmatig tegen. Zo zat het ik jaren terug een keer in het begin van het seizoen aan de bar van een duivenclub. We waren toentertijd 5 jaar achterelkaar kampioen Meerdaagse Fond geworden van de regio. Nu klinkt dat veel spectaculairder dan het was, want de concurrentie kwam slechts uit onze eigen club, want de nummer 2 en 3 waren, op één jaar na, clubgenoten. Zoals de Nederlanders bij het langebaan schaatsen over het algemeen, zo was onze club in de regio op het gebied van Meerdaagse Fond. De man waar ik mee ‘in gesprek’ was, had een mededeling. Hij vertelde mij in een redelijk staat van beschonkenheid (op zich niet erg … kleine kinderen en dronken mensen spreken de waarheid) dat hij echte fondduiven had aangeschaft en dat hij ons binnen drie jaar zou verslaan op het kampioenschap wat we al bijna tien jaar domineerden. Volgens mij had hij verwacht dat ik hem voor gek zou verklaren, want hij keek heel verbaasd toen ik hem zei: ‘Ik ben blij dat je jezelf drie jaar de tijd gunt.’ ‘Hoe bedoel je?’ vroeg hij mij en in zijn stem zat een grote vorm van teleurstelling. ‘Nou gewoon,’ antwoordde ik hem, ’ik ben blij dat het niet gelijk volgend jaar dient te gebeuren … kan ik nog even een paar jaar aan het idee wennen, dat er iemand beter is dan wij in deze regio.’ Deze man had een doel en zijn plan om zijn doel te bereiken was goede duiven aanschaffen, kweken, vliegen en de beste worden. Als u dat zo leest, kunt u denken: Wat is daar mis mee? Op zich niet veel … echter met die goede duiven viel het wel mee. De man had duiven aangeschaft bij een redelijke vlieger (zeg maar een subtopper), die een hok vol had met duiven van een topliefhebber. Echter dat was die liefhebber zelf niet. Daar komt bij dat deze liefhebber veelal kleinkinderen had waar hij mee kweekte van de topduiven van deze topliefhebber. Twee generaties verder … Mijn gesprekspartner had daar weer kinderen uit (achterkleinkinderen dus van de toppers), waar hij mee ging kweken en met de kinderen daar uit (achterachterkleinkinderen) ging hij dan vliegen. Kansloze missie als je dan tegen een stam duiven gaat vliegen met een twaalftal duiven die al een keer of meerdere keren Nationaal Top 100 hadden gevlogen en rechtstreekse kinderen hieruit. Het plan leek goed, het doel nog beter, maar de uitvoering was aan veel kanten voor verbetering vatbaar.

 

Het plan van deze duivenliefhebber klopte op vele fronten niet. Hij dacht door jongen te kopen van een redelijke liefhebber, die duiven had van een topliefhebber, dat hij tot grote hoogte kon stijgen. Hij dacht misschien wel dat als het soort goed is, er altijd maar goede duiven uitkomen … generaties lang. Er komt echter meer bij kijken! Met duiven rechtstreeks van die topliefhebber had hij qua duiven een betere kans gemaakt. Dat is niet altijd betaalbaar en dat snap ik dan ook wel. Maar uit topduiven kun je topduiven kweken, daar ligt dus het begin.

 

… wordt vervolgd …

Het bericht Liefhebbers missen regelmatig een plan (1) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Gesprek tussen twee duivenvrienden (2)

$
0
0

Als twee duivenvrienden aan het chatten zijn worden de leukste onderwerpen aangehaald. Eerder heeft u het eerste deel van het gesprek kunnen lezen en nu gaan ze verder …

 

Frapant uit je Bollie maal Hendrik 3 jongen gekweekt en alle 3 nog hebben.

Gisteren heb ik Jan nog gesproken. Hij ging 3 koppels voor Barcelona zetten op 10 dagen broeden.

 

Zo’n koppel is mooi, waar je de jongen van overhoud.

 

Zeker met die van Hendrik had ik gek gedaan. Ze kwam thuis … gewond met gebroken poot van 266 km. Toen een paar weken later ineens op Bergerac (850 km) en ik draaide haar achter aan in de prijzen. We gaan het dit jaar weer zien, vriend.

 

Welke duifjes gaan naar welke vlucht? Jaarlingen naar Bordeaux ZLU?

 

Wel enkele is de bedoeling en een paar 2-jarige die ik vorig jaar tot 266 km heb gespeeld. Heb er dacht 3 van je?

 

Wat bedoel je?

 

Van 2014 die ik kan spelen de 549-615-621 en die heb ik op de navlucht ingespeeld.

 

Hebben jullie in sector I nog een vlucht met een ochtendlossing in het programma staan?

 

Wij hebben geen morgenlossing.

 

Dat is jammer. Ook niet in afdelingsverband?

 

Nee, wij hebben 3 van boven de 1000km en 3 onder de 1000km.

 

Voor de middaglossing is dat een mooi programma!

Voor de ochtendlossing zou een vlucht als Bergerac of Cahors met een ochtendlossing erbij mooi zijn. Wij hebben Orange met een ochtendlossing.

 

De meeste liefhebbers van hier zijn middaglossingspelers. Wat hier voor de ZLU inmandt, komen bijna allemaal buiten de stad. Op een paar mensen naar een stuk of 3a4.

Afdeling Brabant 2000 is toch niet alleen Tilburg?

 

De afdeling kan toch een extra ochtendlossing voor de jaarlingen op het programma zetten voor de mensen die ZLU spelen?

 

Ja, ik verdiep me daar nooit in eigenlijk.

 

Ik wel. Ik ben altijd op zoek naar een evenwichtig programma voor mijn duiven. En nu ook voor jou.

 

Ja, ik heb me daar nooit in verdiept. De meesten hier niet eigenlijk.

 

Omdat jullie geen ochtendlossing hebben, ben je afhankelijk van het ZLU programma en dan heb je voor jaarlingen eigenlijk alleen Bordeaux/Agen. Dat kan, als je een koud voorjaar hebt, te vroeg zijn

 

We hebben hier Agen -Bordeaux- Bergerac, zijn rond de 850 km, maar dat is middaglossing

 

En als je duiven op wil leiden voor de ZLU-vluchten dan is een ochtendlossing beter dan een middag. Dus ik hoopte dat Brabant 2000 nog een ochtendlossing had van tussen 800-950 km

Zodat je de jaarlingen daarop kon spelen

 

Dus nu hopen op een mooi voorjaar dat ze regelmatig mee kunnen en dan misschien naar Bordeaux ZLU en anders zou je ze hier op de dagfond kunnen spelen.

 

En anders, net als in 2015, 1 of 2 middaglossingsvluchten.

 

Jazeker kom wel aan me vluchten.

 

Je moet handelen naar de vluchten die beschikbaar zijn … dat is niet anders.

 

Hoeveel ZLU vluchten zijn er?

 

7, waarvan 6 te ver voor jaarlingen, tenminste als eerste vlucht.

 

+6 Middaglossingen is totaal 13 vluchten om uit te zoeken

 

Klopt, Maar die middaglossing zou ik het liefst niet nodig hebben.

 

Snap je, vriend. Ik zoek gewoon een paar vluchtjes uit waar ik van geniet en waar ik op afstem.kan toch niet alle vluchten mee doen. Ik wil genieten, dus ik zoek een paar vluchtjes uit. Het maakt niet uit op welke vlucht ik die kick krijg, als er een vroege valt.

 

Zo is dat!!! Dat is het belangrijkste !!!

Ga je spreken, vriend

 

We spreken mekaar nog. Een dag niet gesproken, is een dag niet geleefd.

 

Zeker weten!

 

 

Dit gesprek gaat zeker een vervolg hebben, maar we weten niet wanneer er stof is om te delen. U leest het vanzelf.

Het bericht Gesprek tussen twee duivenvrienden (2) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Hoe worden de jaarlingen gespeeld? (4)

$
0
0

Het vierde deel al weer over het spel met jaarlingen. Dit keer twee mooie heldere visies van een groot kampioen van de ZLU in 2015, Wouter van Nederpelt en de visie van een import-Fries met een goed hok met duiven en in 2015 een goed seizoen achter de rug, met onder andere de Provinciale overwinning op Limoges. Ze hebben beiden hun visie mooi verwoord! Leest u maar, het zijn mooie verhalen ……

 

Wouter van Nederpelt, Klaaswaal

De verzamelaar van ZLU-kampioenschappen in 2015 vertelt: ‘Als jonge duif worden de meeste jongen gespeeld met de jonge duivenvluchten. Niet met de nalijn, behalve een aantal die te jong zijn voor de jonge duivenvluchten. De jonge duiven worden ongeveer 6x ingemand, tot een afstand rond de 300 km. Ik probeer ze minimaal 2x 2 nachtenmand te geven. Dan leren ze om in de mand  te drinken. De jaarlingen gaan vanaf de 2e wedvlucht mee. En dan elke week tot 14 dagen voor de 1e dagfondvlucht. Mits het slecht weer is in het weekend en als ik denk dat ze niet gelost worden … dan hou ik ze thuis. Ze gaan allemaal mee met de 1e dagfondvlucht, daarna krijgen ze een week rust. Verder in het seizoen krijgen de duiven alleen de vrijdaginkorvingen tot een 14 dagen voor hun 1e overnachtvlucht.

 

Deze eerste overnachtvlucht is begin juli, een middaglossing. Na deze eerste testcase en als ze weer in goede doen zijn, gaan ze voor de 2e keer mee, met de laatste overnachtvlucht. Eveneens een middaglossing. Ik doe ook mee met Agen ZLU, maar met een aantal jaarlingen en dan gaan ze meestal ook mee met de laatste middaglossing. De jaarlingen hoeven niet  te presteren, maar ik zie het wel graag. Met de 2e overnachtvlucht moeten ze de zaterdag wel thuis zijn. Ik heb goede gehad die 2x prijs vlogen als jaarling, maar ook die 2x mis vlogen. Maar als 2 jarige moeten ze er wel staan!!

 

Ik heb dit systeem altijd gedaan en daar hou ik mij aan. Het voelt voor mij goed. Misschien als ik het anders zou doen, dat het beter is, maar ik durf het niet aan. De ene melker doet dit systeem en een andere weer een ander systeem. En het is misschien beide goed. Je kan beter een systeem volgen waar je goed bij voelt en dat later toch de goeie uit de bus komen, dan het ene jaar dit systeem en het andere jaar weer een ander systeem volgen. Aan de buitenkant kan ik ook niet zeggen, dit is een goede en die niet. Ze moeten zich maar bewijzen op de vluchten!!’ En zo heeft deze grote kampioen een paar hele goede opmerkingen: Een opleidingsprogramma wat bevalt, niet gaan veranderen en je kunt aan de buitenkant niet zien of het een goede is of niet.

Doffers fam de Ruig II

Fam. De Ruig, Oude Bildtzijl

Vader Hans voert het woord namens deze duivenfamilie: ‘Wij richten de jongen zelf af. Dat begint met de eerste keer in de opleermand met waterbakje er aan.  Om 14.00 uur doen we ze in de opleermand en de volgende dag om 14.00 uur los laten op eigen erf. Dat doen we 2 keer om de duiven te laten wennen aan de opleermand en te leren drinken. De duiven zijn in totaal 12 keer weggebracht. De verste afstand was Zwolle bij een camping. Voor ons zo’n 100 km. door  de lucht. En van de winter 2 keer in de opleermand en dat 5 dagen lang met water en voer.
Met de jaarlingen gaan we in eerste instantie voorzichtig te werk. Als eerste voorbereiding gaan ze weer 2 keer in de opleermand , om eraan te wennen. En op het eigen erf weer los laten. En dan zelf wegbrengen , Heerenveen (35km) dan Zwolle. Dan op de afsluitdijk eerst bij Kornwerderzand  (40km) en de volgende keer Breezandijk (70km). En dan alle vitesse en midfond vluchten. Na de voorbereidingen krijgen de jaarlingen meestal als langste afstand Bergerac. Dat is zo’n  1014 km. naar Oudebildtzijl.

De jaarlingen hoeven geen topprestatie  te vliegen. Als ze dat doen is het mooi mee genomen. Het gaat erom dat ze kilometers op de vleugels krijgen. En heel belangrijk is dat hoe ze thuis komen. Ze moeten fris thuis komen. En wat ook belangrijk is hoe was het weer onderweg. Hebben ze voor de wind of hebben ze tegen wind. Allemaal factoren zijn van belang voor onze jaarling. Ze moeten voldoen wat ik al eerder schreef  gezond thuis komen. Jaarlingen worden zelden opgeruimd. De jaarlingen krijgen 3 jaar de tijd om te laten zien wat ze kunnen. Het niveau van afgelopen jaar was behoorlijk hoog. Dus als je duiven gaat kweken zoals wij dat doen gaat de prestatie elk jaar een stukje vooruit is het doel.

Voor deze manier wordt gekozen, omdat ik heb een volledige baan in het MCL in Leeuwarden. Dat houdt in dat ik 3 dagen in de week om 5.30 uur opsta en om 17.30 uur weer thuis ben. En 2dagen om 6.30 uur opsta en om 18.30 uur thuis ben. Mijn vrouw Imkje laat de duiven overdag los en voert de jongen overdag als ik nog niet thuis ben. Daar heb ik veel steun aan. En de andere steun komt van onze twee jongens. De één wat meer dan de ander. Op deze manier kunnen we volop genieten van onze duivensport. Daarvoor hebben we ook gekozen in 2001 om overnacht te gaan spelen. Dan kunnen we op onze 7 overnachtvluchten het beste uit onze duiven halen. En daar komt nog bij dat we dit jaar Barcelona voor de tweede keer mee gaan doen.

Wij vonden het een eer om aan dit thema mee te mogen doen voor het Marathonduivenjournaal van Jaco. Dan kunnen we laten weten aan de andere duivenliefhebbers hoe wij als Fam. de Ruig over duiven denken en doen. En nog even dit: en wij zijn blij dat we niet meer handmatig hoeven te klokken op de ZLU. Ik denk dat er meer liefhebbers gaan inkorven op de ZLU. Wij gaan 2 duivinnen klaar maken voor Barcelona. En dat zijn de twee duivinnen de 08-171 en de 09-312. En we willen graag een eerste Nat. Barcelona vliegen. Daar gaan we voor.  En wij de Fam. de Ruig wensen een ieder een goed duivenseizoen toe. En vooral veel plezier mag beleven aan onze mooie hobby.’

 

En jij bedankt voor je enthousiasme, Hans en Wouter voor je nuchtere kijk op het duivenspelletje. Voor de lezers twee mooie visies op het spelen van jaarlingen. Beide visies zijn helder, leerzaam, eenvoudig en goed onderbouwd. Dank jullie wel!!!

 

Het bericht Hoe worden de jaarlingen gespeeld? (4) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Zindelijke duiven

$
0
0

Duiven poepen daar kunnen ze niks aan doen.

Soms valt er een klodder op mijn pet of schoen.

Of ze gewoon plassen zou ik ik echt niet weten

en als ik me niet vergis laten ze geen scheten.

 

In een verstaanbaar taaltje hoor je ze niet praten,

tanden hebben ze niet, wel

witte neuzen met 2 gaten.

Ik kan natuurlijk een brief op

hoge poten schrijven

met ‘t uitdrukkelijk bevel

voortaan zindelijk te blijven.

 

Anders krijgen ze een

rantsoen van brood en water.

Boos koeren gaat niet werken,

stop met dat gesnater,

’t baasje heeft geen zin

duivenpampers te verschonen.

 

Het minste wat hij vraagt is

wat goede wil te tonen.

Misschien zijn ze kippig

kunnen ze zijn abc niet lezen.

En een duif met varifocusbril

kom je niet vaak tegen.

©c.u.

 

Zonder nadrukkelijke voorafgaande schriftelijke toestemming van Het Marathonduivenjournaal is het niet toegestaan materiaal van Het Marathonduivenjournaal te publiceren, kopieren of reproduceren voor gebruik op welke website of krant, magazine

Het bericht Zindelijke duiven verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

De voortuitgang in de duivensport

$
0
0

Stil zitten en achterom zien is geen optie. We kijken voor uit. Hoe kunnen we top draaien en zelf plezier houden in onze mooie hobby. En andere lief hebbers daar in mee delen. Laten zien hoe je het doet en vertellen over je hobby en hoe je er mee om gaat.
Vandaag (donderdag) lekker vrij en even wat extra tijd voor de duiven en het gezin.
Hoe kunnen we stapjes maken om plezier te houden en tevreden prestaties neer zetten waar wij de Fam. de Ruig tevreden over kan zijn.

 

Ten eerste dat je zeker weet dat je duiven 100% zijn als we gaan inkorven.
Wij hebben de mest laten onderzoeken. En er werd chlamydia vast gesteld.
Wat is Chlamydia?
Duivenmelkers nemen heel snel de naam “Ornithose” in de mond als hun duiven luchtwegenproblemen hebben (dikke koppen,…..). Men moet weten dat de echte Ornithose door een kiem veroorzaakt is die Chlamydia genoemd wordt. Alle luchtwegenproblemen worden niet door Chlamydia veroorzaakt, maar bij aanwezigheid van Chlamydia is er steeds een probleem met de luchtwegen. Chlamydia kan met andere bacteriën en virussen geassocieerd worden om de situatie nog erger te maken de laatste jaren heb ik veel duiven naar het labo gestuurd om een compleet onderzoek te laten uitvoeren. Die duiven kwamen van “probleem hokken” (veel verlies, slecht presteren zonder specifieke symptomen). Drie á vier jaar geleden waren 20-25% van die onderzochte duiven positief voor Chlamydia. De laatste jaren stelt men bij 75-80% van de onderzochte duiven Chlamydia vast. Natuurlijk kan men zich ook afvragen of Chlamydia de echte oorzaak van de problemen was. Onze ervaring van de laatste jaren is dat we bij ongeveer 90% van de klanten die tegen Chlamydia behandeld hebben ( na een positieve test voor Chlamydia) een spectaculaire verbetering van de prestaties werd vastgesteld. Het bewijst wel dat Chlamydia de echte oorzaak van de problemen was. Een van de belangrijkste symptomen van Chlamydia zijn oriëntatiestoornissen. Met als gevolg dat oude duiven te laat komen en jonge duiven massaal achter blijven. Dit gebeurt vaak na de derde of vierde vlucht van verschillende disciplines. Een positieve vooruitgang is de nieuwe snel~test die op levende duiven of mest uitgevoerd kan worden.
En de mest werd onderzocht op, Parasitologisch, Bacterilogisch en Chlamydia.
En natuurlijk een uitstrijkje of ze geel hebben.
Zo, dat hebben we kunnen doen om te weten of de duiven gezond zijn.
Lid geworden van het N.O.O.K.
Ja, we zijn weer lid geworden van het N.O.O.K. Dat betekend Nederlands Overkoepeld Orgaan Kweekcentra. Wat heeft ons doen besluiten om weer lid te worden.
LDHA, kwaliteitskenmerk voor duiven!
In 2006 is door Poolse wetenschappers genetische variatie gevonden in het LDHA gen. Het gunstige allel is frequenter aanwezig in het top segment van de duivensport. Een nieuwe DNA test maakt het mogelijk om hierop gericht te kweken. Daar zijn wij al 2 jaar mee bezig om dit te onderzoeken . En hebben nu de stap genomen om samen met het N.O.O.K voor uitgang te willen boeken.
Wat kunnen we te weten komen.
Bij de mens is het lactaat de hydrogenase gen ( LDHA) betrokken bij de afbraak van melkzuur. Het is daarom aannemelijk dat dit gen ook bij duiven actief is in het proces van afbraak van melkzuur tijdens inspanning.
Dit gen geeft een indicatie of er sprake is van een bovengemiddelde duif. Wat een topduif tot een topduif maakt, is afhankelijk van verschillende factoren. Elke factor is gebaseerd op een diversiteit aan genen.
Recent is ook in Nederland een kleinschalig onderzoek uitgevoerd in samenwerking met stichting N.O.O.K. Hierbij is een duidelijk verschil gevonden tussen een groep lange afstandsduiven en een groep korte afstandsduiven.

Voor meer informatie zie op www.vhlgenetics.com en op www.stgnook.nl
De doffers en duivinnen
De doffers zijn om 7.30 uur los gelaten en duivinnen om 12.00 uur. Om te proberen de roofvogels op het verkeerde been te zetten. Dat is wel aardig gelukt.
Jongen van 2016
De eerste 4 jongen zitten in het opklaphok. En zijn nu aan hun nieuwe omgeving aan het wennen. Ze eten en drinken al zelf. Ze zien er goed uit. Met een 14 dagen komen de volgende jongen naar het opklaphok. De nieuwe generatie komt er aan. Er zijn dit jaar verschillende nieuwe kweekkoppels samen gesteld. En van de enkele vliegkoppels gaan we ook jongen kweken voor dat ze de overnacht op gaan.
Fijne 2e Paasdag toegewenst.

 

Hans de Ruig

Hans de Ruig

Het bericht De voortuitgang in de duivensport verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.


Doornroosje 2

$
0
0

Sommige duivenmelkers kennen slaapproblemen. Speciaal lange afstand melkers slapen onrustig en soms helemaal niet. Stel je voor dat een van hun favorieten in het donker doorkart en aan de poort klopt! Er zijn  evenwel ook gewone melkers; vitesse en midfondmannen die graag ‘s middags een dutje doen en niet altijd bij de les blijven.

 

Daar is het verhaal van Hans uit Soest. Hij heeft een aardige vrouw maar ze heet geen Grietje. Nee,  Hans is een herstarter onder de duivenhouders. Na jaren  weer aan de duif begonnen, mag je hem als een beginneling in het vak beschouwen. Na wat aanloopproblemen  en kinderziekten begonnen zijn vogels toch redelijk thuis te komen. Het bleek dat hij nog in de prijzen kon vallen. Tevreden dommelde hij na het enerverende binnenlokken van zijn duifjes   wat op de bank in de woonkamer. Gelukkig sliep hij geen honderd jaar zoals Doornroosje. Maar toen hij  wat later op z’n horloge  keek, schrok hij  zich een hoedje. Het klok afslaan was  al lang geweest.

 

In de club waren nog mensen die om het slaapverhaal van Hans  wat lacherig deden.  De uitslag was klaar en gedrukt.  De module van zijn duivenklok kon nog wel uitgelezen worden. Daarbij bleek dat slapende Hans drie  aardige prijs – en tijdduiven had gehad; als hij  maar tijdig door een  prins of prinses was wakker gekust.

 

Slapen, dromen en wakker worden. Je hebt dat niet altijd in de hand.  De  nachtelijke  fond – ervaringen mogen er ook zijn. Als de vermoeidheid toeslaat zien die overnachtmannen op de grens van slaap en dromen dingen die er helemaal niet zijn. Zo zag Joop uit Laren in de  ochtendschemer van St Vincent zijn favoriete nestdoffer achter de vitrage van ‘t slaapkamerraam zitten. Het beest zat  er natuurlijk niet. Het was een fata morgana geweest; gezichtsbedrog. De duif kwam ook helemaal nooit meer thuis. Wellicht was het  daarvan ook een voorteken geweest toen Joop hem in zijn droom zo  in de vensterbank had zien zitten.

Kop 54

Het is bekend dat dingen die je droomt en geluiden van buiten waardoor je wakker wordt op een gekke manier met elkaar in verband lijken te staan. Zo droomde ik in de nacht van Bergerac kort na drieën  van neerstortende helikopters. Toen ik vervolgens door de kieren van de luxaflex naar buiten keek, zag ik daar de jonge 54 op het platte dak van de schuur over het grind  in het donker richting  haar hok lopen. Het was twintig over drie.  Ik hallucineerde niet. Het was geen zinsbegoocheling. Ze was echt thuis. In een paar sprongen was ik de trap af en beneden, dat kon ik toen nog, en zag op de digitale duivenklok in de schuur dat de  54 geregistreerd was. Toen ik in het duivenhok keek, zag dat ze al op de eitjes zat die ze een  kleine week eerder gelegd had. Ik deed de rest van die nacht geen oog meer dicht en was anders dan Hans royaal op tijd bij het afslaan van de klokken. Het bleek dat m’n blauwe jaarlingduivinnetje zich klasseerde als 13e nationaal in sector 3. Ze was weliswaar de eerste melding  in de sector geweest, maar werd door een duif van een Twentse postbode en andere duiven  die ook een stukje verder woonden naar  een plaats buiten de toptien verwezen. Dat kwam omdat de tijd ’s nachts stil gezet werd, moest ik  mijn duifanalfabete kennissen uitleggen. Ongeveer om en nabij zonsopgang begon de klok weer te lopen.  Dat was zo  bedacht en geregeld omdat duiven geacht werden ’s nachts te slapen en niet door te vliegen in de duisternis. Veel van mijn vrienden en collega’s die dat postduivengedoe toch al een beetje vreemd vonden, dachten dat ik sprookjes vertelde.

 

©c.u.

Het bericht Doornroosje 2 verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Hoe worden de jaarlingen gespeeld? (5)

$
0
0

Het vijfde deel over het spel met jaarlingen. Dit keer drie unieke verhalen van drie hele goede liefhebbers, die allerdrie vanuit een andere situatie hun plan maken. Gerrit van Vilsteren heeft een grote ploeg jaarlingen, die vorig jaar als jonge duif goed naar huis kwamen met weinig verliezen. Jan Grootoonk voelt zijn jaarlingen goed aan de tand, zodat hij snel weet wat voor vlees hij in de kuip heeft en Johan Hamstra en Eric Aldus spelen hun jaarlingen met beleid, in de hoop er nog jaren plezier van te hebben. Leest u maar, het zijn mooie verhalen ……

 

Gerrit van Vilsteren, Zwolle

Gerrit is een sympathieke vriend van Het Marathonduivenjournaal. Deze topper uit het Noorden van Afdeling 8 (Gelders-Overijsselse Unie) vertelt: ‘Als jonge duif heb ik ze zelf niet opgeleerd. De bedoeling was om de jongen te spelen op de natour. Ik veranderde echter het strijdplan en heb ze op de 2e africhting met de jonge duiven vluchten meegedaan … 89 stuks en boven verwachting 89 terug. De 2e keer dat ze de mand ingingen, ben ik er 7 kwijt geraakt. Nadat ze 2x een nacht mand hebben gehad, ben ik gestopt en heb er 67 over gehouden. De reden dat ik er waarschijnlijk zoveel over heb gehouden: super gezond, trainen zeer goed en kunnen de gehele dag naar buiten in de ren. Als voer krijgen ze rui mengeling, grit en roodsteen en 1x biergist per week.

 

De jaarlingen zijn 16 maart gekoppeld. Na 4, 5 dagen broeden gaan ze op weduwschap. De doffers en duivinnen worden 2 x in de week gespeeld als het weer het toelaat. Ze gaan vanaf de eerste vlucht mee. Het voordeel van 2 x spelen in de week …dan hoef je ze niet elke dag te laten trainen. Na de eerste midfond vlucht gaan ze 1x per week mee, maar de duiven moeten zeker meer als een uur per dag trainen, alleen in de avond . Voor Brive moeten ze toch zeker 2000 training kilometers hebben gehad

 

Een 3 weken voor Brive worden ze gekoppeld en gaan op 10 dagen broeden mee. Na Brive mogen ze weer op de eieren als ze dat willen. Vanaf inkorven liggen de eitjes in de broedmachine … het voordeel van een vroege duif is dan, dat je de eieren ook nog hebt. Je hebt dan misschien weer een goed jong uit een topper. De jaarlingen moeten zich toch 1 x goed laten zien, of 2 vluchten heel fit thuis komen want dan kunnen ze meer aan. Na Brive krijgen ze nog Cahors of Bergerac.

 

Ik kies voor deze manier van spelen met mijn jaarlingen, zodat ik weet wat ik in het hok heb. Ik kweek 3 tot 4 ronden van de kweekers. Dus het wordt  makkelijker selecteren. De 3e ronde kan eind maart gespeend worden. Ik zorg ervoor als de jaarlingen een fondvlucht krijgen dat ze goed trainen en zeker 1 1/2 uur vliegen, en natuurlijk super gezond zijn. Als ze goed trainen … dan gaat het goed.’

32. Jan Grootoonk

Jan Grootoonk, Bant

Vorig jaar had Jan een superjaar op de vluchten van zowel de ochtendlossingen als de middaglossingen. Dit jaar hoopt hij weer met de besten mee te doen. Hij speelt hij de jaarlingen? Jan vertelt: ‘De jonge duiven zijn het afgelopen jaar ongeveer 8x mee geweest en de verste afstand was volgens mij St. Quentin ongeveer 360 km.

 

De jaarlingen gaan dit jaar vanaf de eerste africhtingsvlucht iedere week mee tot aan de eerste marathonvlucht .  De jaarlingen zijn verdeeld over 4 afdelingen en ik probeer iedere afdeling 2 marathonvluchten mee te geven. De jaarlingen moeten wel degelijk presteren, 2 redelijke prijzen of 1 hele mooie prijs. Dat moeten ze toch echt doen om te mogen blijven. De reden dat ik zo streng ben (in vergelijking met anderen) is, omdat ik alleen voor hele mooie uitslagen ga moeten ze dus wel presteren om te mogen blijven.

 

Ik denk dat ik op deze manier een sterk hok met duiven op kan bouwen op deze manier komt gelijk de kwaliteit van de duif naar boven. En gezien de prestaties van de afgelopen jaren denk ik echt dat dat voor mij op deze manier werkt. De jaarlingen mogen alleen blijven na de hand van de prestaties van de duif en daarbij kijk ik niet naar de afstamming.’

Hamstra-Aldus met Schapieedited

Comb. Hamstra-Aldus, Poortugaal

De winnaars van Pau 2015 doen ook graag mee met deze serie. Johan vertelt voor hen beiden: ‘Wij zitten voor wat de jaarlingen die we nu bezitten precies in een overgangsjaar. Werden ze voorheen als jong tot een keer of 8 straf (hoofdzakelijk met oosten wind en warm weer en 1 voor 1 lossen) zelf afgericht en daarna aansluitend als jaarling vanaf de eerste vlucht gelijk de baan op met als eindstation of een overnachting met middag- of een verdere ochtendlossing.

 

De jaarlingen van afgelopen jaar zijn voor het eerst rustiger gebracht dan de voorgaande jaren. Deze hebben twee dagfond vluchten gehad incl. de landelijke Nat. Chateauroux. Van afgelopen seizoen hebben we een 25 stuks vroegere jongen (nu jaarlingen dus) en een 25 stuks laatjes zitten. De vroegere zijn nog wel een 4 keer weggebracht maar de laatjes in het geheel niet. Rond 23 maart zal hier alles gekoppeld worden. Dit betekent dat bij de laatjes en de jaarlingen enkel een schotel bij gezet zal worden en voor de rest mogen ze het zelf uitzoeken. Deze verblijven trouwens ook in een andere afdeling gezien de oude duiven. Als ze dan straks ook eenmaal weer allemaal goed losvliegen, zullen ze eerst zelf enkele malen worden weggebracht waarna ze zoveel als mogelijk kortere vluchten zullen krijgen. Als dan alles eenmaal goed en naar volle tevredenheid verloopt zullen de afstanden wat opgevoerd worden en krijgen ze misschien 1 of 2 dagfondvluchten te verwerken.

 

Dus, hier is het als jaarling puur en alleen om mand ervaring op te doen. De jaarlingen hoeven hier niet te presteren. Er zal in zijn geheel niet naar gekeken worden. Wel moeten ze (hopen we dan maar) gewoon normaal, fris en goed huiswaarts komen. We denken dan toch dat ze langer mee gaan en hier is het, en zeker als jaarling gezien, niets moet en veel mag. Het zijn nog jonge beesten die veel moeten leren. Vandaar dat we geheel zijn overgestapt naar een geheel nieuw systeem. Als jong geen mand meer en dan als jaarling een jaar van opleiden en ervaring opdoen. Een ieder doet het op zijn manier waar hij zich het beste bij voelt er zijn vele wegen die …… en wij als combinatie hebben gekozen voor deze.’

 

Ik dank Gerrit, Jan, Johan en Eric voor de uitleg van hun systeem. Het spreekwoord: ‘Er zijn vele wegen die naar Rome leiden,’ vind ik persoonlijk hun enorme dooddoener (sorry, Johan). Niet omdat het onzin zou zijn, maar als het goed is volgen goede liefhebbers hun visie met een reden. De één knalt ze er op, omdat hij zo snel mogelijk iets wil weten van zijn duiven en de ander brengt ze rustig, zodat hij er langer plezier van hoopt te hebben. Geen van beide manieren is fout, tenzij je de doelstelling omdraait. Waarom vind ik dit gezegde een dooddoener? Je volgt een bepaalde visie niet zomaar, maar omdat je er een gedachte bij hebt. Met andere woorden: je kiest niet lukraak een weg, met de gedachte … uiteindelijk kom ik toch vanzelf in Rome terecht. Dat is namelijk niet waar !!! Je moet de juiste afslagen nemen … stapsgewijs en daarbij mag je zelfs omrijden. Er zal best een weg naar Rome zijn die vanaf Amsterdam, Hamburg, Kopenhagen, Stockholm, Helsinki, Moskou, Boekarest naar Rome leidt … maar die neem je niet als je binnen twee dagen in Rome wil zijn. Die neem je wel als je iets van Europa wilt zien … Kortom alles heeft een reden !!! …… als het goed is.

jaco-handtekening

Het bericht Hoe worden de jaarlingen gespeeld? (5) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Liefhebbers missen regelmatig een plan (2)

$
0
0

Duivensport is een mooie sport. Iedereen kan op zijn manier successen behalen. Vorige keer ben ik begonnen met nadenken over een plan. Een plan kan helpen om de prestaties van je duiven naar een hoger plan te brengen. In deze serie columns probeer ik ideeën te spuien hoe een plan eruit kan zien. Het zijn suggesties, want een plan is geen wet zoals het moet, maar een manier waarop het zou kunnen. De vorige bijdrage ging over het feit dat je niet te lichtzinnig te werk moet gaan en dat je niet te snel moet denken dat je goed materiaal hebt om je doel te bereiken, maar dat je daar best kritisch op mag zijn.

 

Hoe zou een goed plan eruit kunnen zien? Is misschien wel een vraag, die bij u naar boven komt. Kijk eerst op welke vluchten je het liefste speelt. Een goede Bergerac-duif, is nog geen topper op St. Vincent en een duif die meerdere vroege prijzen op St. Vincent heeft gewonnen, kan nog niet Barcelona aan. Als je er voor jezelf uit bent, op welke vluchten je het liefst speelt, dan kun je kijken welke liefhebbers op deze vluchten (op die afstanden) goed spelen. Kies een tweetal liefhebbers uit waar de prestaties je van aanstaan. Als je uitslagen napluist kijk dan ook onder welke omstandigheden deze goede prestaties zijn geleverd. Wat waren de snelheden, hoe was het verloop van de vlucht en zijn dat de vluchten waarop u wilt gaan pieken in de toekomst. In mijn ogen is dat een belangrijk criterium.

 

Als je liefhebbers hebt uitgekozen die aan uw criteria voldoen dan zou je kennis kunnen gaan maken met deze liefhebbers en kijken of er naast de goede uitslagen het ook mensen zijn waar je zelf mee klikt. Na de kennismaking met de liefhebber en zijn of haar duiven en als er wederzijds vertrouwen is, zou ik mijn doel aan deze liefhebber vertellen en vragen of hij of zij mij zou willen helpen aan wat duiven en wat de eventuele kosten daar van zijn. Als daar een mooi aanbod uitkomt dan is er een belangrijke stap gemaakt. Als je daar de eerste duiven haalt, dan zou je kunnen vragen wat zijn of haar advies zou zijn welke duiven van welke liefhebber goed bij deze duiven passen. Dan heb je gelijk de tweede liefhebber te pakken, waar je duiven bij zou kunnen halen.

 

Wat zijn dingen waar je op kunt letten bij de aanschaf van nieuwe duiven? Probeer duiven te bemachtigen van een stam waar in verschillende generaties goede duiven zitten. Ik geef zelf de voorkeur aan duiven van een liefhebber met een verwante stam: Een hok duiven waarbij de goede duiven veelal familie van elkaar zijn. Dit zijn duiven met een goede kweek(verervings)waarde. Als je die tegen duiven van een ander hok zet dan heb je een goede kans op goede nazaten.

 

Sommigen van u zullen denken: Dat soort duiven zijn niet te betalen? … uit eigen ervaring weet ik dat dit niet waar is. Als je de tijd neemt om de uitslagen een beetje te bestuderen, dan kom je er al snel achter dat er liefhebbers zijn, zonder een grote naam, die net zo hard of zelfs beter vliegen, dan de ‘dure’ namen. Als je bij deze onbekende goede liefhebbers aanklopt en je maakt goede afspraken, dan kun je voor een redelijke prijs aan goede duiven komen. Echt waar !!!

 

Een belangrijk onderdeel van een goed plan is dus goede duiven. Eerst goede duiven aanschaffen en dan zoveel mogelijk kweken (wat je hok toelaat!). Daarna spelen, spelen en spelen …… en dan weet je wat de beste vliegers en kwekers zijn. Daarna alleen nog maar doorkweken met de allerbeste verervers en vliegers. Kwaliteit A !!! Kwaliteit B is niet goed genoeg voor de kweek daar moet je mee doorvliegen of afscheid van nemen. De mand is in deze de ENIGE selectiemethode!

Maar als ik 60 jongen heb over gehouden en ik heb ruimte voor 48 duiven om in oude hok te plaatsen? … Maak dan maar een hokje vrij en doe daar die 12 in … dan maar een hokje met jongen minder in dat jaar, want de mand moet je laten selecteren. Sommige liefhebbers laten dan duivengoeroe’s op hun hok om die 12 die in dit voorbeeld ‘te veel’ zitten, uit te selecteren. Dat is het domste wat je doen kunt !!! Niemand kan er namelijk inkijken, … echt niemand. Al haal je de beste duivenmelkers van de hele wereld op je hok: Ze kunnen er niet inkijken!!! … En ik zal je vertellen … de beste duivenmelkers van de hele wereld wagen zich er ook niet aan … een uitzondering daar gelaten.

 

Eén zo’n goede speler die zich er wel aan waagt, om bij anderen te selecteren, schrijft over dit onderwerp regelmatig columns en als je in de loop van de jaren zijn columns naast elkaar legt, dan zie je dat zijn visie in de loop der jaren is bijgeschaafd. Logisch !!! En gelukkig is hij daar ook eerlijk in. Alleen de maatstaaf die hij 5 tot 10 jaar hanteerde is nu anders. Een duif mag nu best hier en daar een klein gebrek hebben … dan kan het toch een goede vlieger zijn. 5 tot 10 jaar terug was die goede duif bij de poelier beland. En als je weet dat het aantal goede vliegers heel klein is (rond de 5% van het geen wat je gemiddeld kweekt), dan zijn er potentiële goede duiven met een klein gebrek van kleine liefhebbers verwijderd van het hok, omdat ze ruimtegebrek hadden en zijn de plaatsen bezet door veel minder goede duiven zonder gebrek. Ik vind dat een kwalijke zaak !!! Laat dat overschot gewoon lopen en maak er een hokje voor vrij.

 

Vanaf 1992 spelen mijn vader en ik (vroeger samen met opa en een vriend) alleen maar marathonvluchten. Wijzelf hebben ieder jaar tussen de 25 en 35 jonge duiven over. Mijn vader en ik hebben regelmatig voor onszelf de 3 mooiste en de 3 minste duiven opgeschreven in de winter. Als er dan na 2 of 3 jaar later een goede duif boven kwam drijven, was het geen uitzondering dat hij of zij bij de 3 minste duiven van dat jaar op het lijstje stond. Niet altijd, maar wel regelmatig. Afgelopen seizoen speelden wij Bordeaux/Agen ZLU met 20 duiven. De meesten waren debutanten. Voor mezelf zette ik de 10 mooiste (besten in mijn ogen) op plek 1 t/m 10 en de 10 minsten op plek 11 t/m 20. We hadden 4 mooie vroege duiven (bij de eerste 150 nationaal). Dit waren de 18e, 14e, 20e en 11e getekende van de lijst. Dat zegt wel iets, volgens mij …… Ik heb geen verstand van duiven en met mij 99% van het duivenmelkersgilde.

 

Kortom … je moet zorgen dat je goede duiven op het hok hebt. Die kun je voor een fatsoenlijke prijs halen bij liefhebbers die niet zo bekend zijn en die je kunt vinden als je de uitslagen bestudeert. Je kunt ze ook voor meer geld bij de ‘grote jongens’ kopen natuurlijk. Als je kinderen (hooguit kleinkinderen) van goede vliegers op je hok hebt, dan moet je er zo veel mogelijk jongen uit kweken (wat je hok goed aan kan). Daarna is het een kwestie van spelen, spelen en nogmaals spelen. Alleen dan komen de beste duiven bovendrijven en met die allerbeste en de ouders ervan, kun je een goede stam opbouwen. Selecteren doet de mand en niet één of andere duivenfluisteraar die er denkt verstand van te hebben. Bij veel goede duiven kun je een gebrekje ontdekken en die verdwijnen na het bezoek van zo’n goeroe vaak van het hok. Dan heb je alle moeite om een goede duif te kweken voor niets gedaan !!!

 

… wordt vervolgd …

 

 

Het bericht Liefhebbers missen regelmatig een plan (2) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Gerrit Veerman, Volendam, Eigenaar van het Beroemste Kweekkoppel van Nederland

$
0
0

In de loop van de geschiedenis zijn er veel goede kweekduiven geweest in de duivensport. Zo kennen de oudere melkers ‘de Moos’ en de ‘Saar.’ In de omgeving van Putten kent iedereen het topkoppel van Wouter van den Hoek, ‘Teen maal Baard.’ Zo zijn er nog wel een aantal op te noemen. In mijn schrijversperiode in de Fondkrant, kwam ik Koppel 1 en Koppel 2 tegen bij Paul van den Bogaard, waarbij Koppel 1 buitengewoon goed was. De laatste jaren is ‘Het Bonte Koppel’ van Nico Volkens als zeer waardevol gebleken tot in vele generaties. De laatste tien jaar is ‘Het Betuwekoppel’ enorm populair. En volgens mij geheel terecht. Uit dit koppel komen supervliegers en superverervers. In de eerste, tweede en derde generatie worden de goede genen doorgegeven, wat leidt tot geweldige vliegduiven. Hoogste tijd om eens na te vragen hoe dit allemaal is ontstaan. Dus in januari met mijn duivenvriend Corné naar Volendam.

 

De Geschiedenis

Gerrit Veerman is onlangs 69 jaar geworden. Hij heeft het met zijn gezondheid niet super getroffen de laatste jaren. Reuma en een hart die al de nodige aanvallen te verwerken heeft gekregen, zorgen ervoor dat Gerrit gedoseerd met zijn krachten om moet gaan. De laatste keer dat ik hem sprak was hij optimistisch en was hij tevreden hoe het lichamelijk met hem ging. Meer dan 60 jaar geleden, op zijn 6e jaar, startte zijn duivenloopbaan. Via een oom van zijn vader, de Brabander Jan Evers, kwamen de eerste duiven . Het waren zwarte Hornstra’s … ouderwetse Amsterdamse fondduiven en ze waren zwart … de lievelingskleur van Gerrit. Het eerste hok was op zolder van de garage garage van zijn Opa, en later werd een oud buitentoilet omgebouwd tot duivenhok. Vanaf zijn 14e jaar ging Gerrit als een echte Volendamse visser varen. In die tijd kreeg hij hulp van zijn broer Jan. Een aantal jaren later, Gerrit was inmiddels 22 jaar, ging hij trouwen en wonen in het huis waar hij bijna 50 jaar later nog woont met zijn vrouw. Vanaf het begin van zijn huwelijk ging Gerrit serieus met de duiven meespelen. Hij kon in die jaren niet elke week meespelen vanwege zijn werk op de vissersboot. De hulp werd ingeroepen van Wim Kes. Een topmelker in die jaren. Hij verzorgde de duiven doordeweeks als Gerrit weg was. Vanaf die tijd kwam er meer regelmaat in het spelen van de duiven bij Huize Veerman.

 

Overstap naar de Marathonvluchten

In 1984 is Gerrit zich gaan specialiseren op de grote fond, de marathonvluchten. De eerste paar duiven kwam van oud nationaal Pau-winnaar Cees Koks. Hij had een goed hok met Van Wanroy-duiven … veelal zwarte duiven. Een paar jaar later werden er 45 late jongen gekocht bij de Gebr. Jacobs uit Nes aan den Amstel. Gerrit heeft altijd goed geïnvesteerd, dat merkt u wel. Tussen die late jongen zat ‘de 19,’ die zich later ontpopte als de stamduivin van Gerrit. De achtergrond van deze duivin was een verzameling en mengeling van superfondduiven. Samen met duiven van Cees Koks kwamen er goede vliegers uit deze ’19 van Jacobs.’ Uit deze kruising gingen duiven naar onder andere Kies Niesten, die zich daar ontwikkelden tot goede duiven. Uit dit eerste stammetje (Koks maal Jacobs) kwamen goede duiven, maar ze misten de echte top. Gerrit ging op zoek naar duiven die dit niveau zouden ontstijgen. In 1995 ging hij naar de verkoop van de Gebr. van Giels uit Steenbergen. Deze mannen waren in het bezit van ouderwetse Aarden-duiven. Gerrit kocht hier 8 duiven. Hierbij zat de duif die later ‘De Oude 23’ zou worden genoemd. Een fenomenale vererver. Het goede soort van de Gebr. van Giels kwam niet alleen bij onze topper in Volendam terecht. Paul ten Have uit Silvolde, een leuk plaatsje in de Achterhoek had ook duiven van deze goed Aarden-stam. Paul had ‘de 777,’ die in 1989 de 1e nationaal Pau. Deze duivin werd gekoppeld aan haar vader, die nog bij de Gebr. van Giels zat. Een kind van deze inteeltkoppeling is de grootvader (via een dochter) van ‘Oude 23’ van Gerrit. De kant van de vader van ‘de Oude 23’ is ook van grote kwaliteit … hier zit een duif die 3 maal bij de eerste 61 nationaal van Barcelona vloog. De ‘Oude 23’ was een duif waar Gerrit mee verder wilde. Uit ‘de Oude 23’ komt onder andere samen met een duivin van IJs Kaptein de 12e Nat Barcelona en de 4e Nat Barcelona, samen met de 801 kweek duivin op hok Veerman.Hij ging de achtergrond bestuderen en zag dat ‘de 777’ van Paul ten Have de bron was van veel kwaliteit. Hier moest hij meer van hebben.

Gerrit Veerman praten met duiven

Gerrit begon viswinkels

Gerrit Veerman had een aantal viswinkels opgestart op diverse plaatsen in het land. Onder andere in Arnhem. Niet ver van de hoofdstad van Gelderland woonde Jan Peters in Bemmel. De prestaties van deze fondcrack vielen bij Gerrit op. Gerrit zag van een jonge duif van jan Peters een stamkaart. Hier vond hij ‘de 777’ van Paul ten Have terug. Dat was de aanleiding om in in 2002  2 jongen duiven bij Jan Peter te kopen. De eerste duiven waren twee jongen doffers deze kwamen uit ‘de Super 36.’ Deze doffer won o.a. 4e nationaal Dax, 16e nationaal Bordeaux en de 23e nationaal Perpignan. De moeder van deze duif was Slinke, die een 5e en een 21e nationaal St. Vincent won. Deze goede vliegduivin komt uit ‘De Henk’ (die 10 mooie overnachtprijzen won) met ‘de 986’ die de o.a. de 16e nationaal Perpignan won. In dit gekochte doffertje zat ook weer het goede bloed van ‘de 777’ van Paul ten Have uit Silvolde.Op de beurs in Rosmalen kocht Gerrit een duif van Jan. ‘De 909’ van 2003. In deze duivin zat jawel … ‘de 777’ van Paul ten Have, maar ook ‘de 131’ van De Weerd en de Blauwe Brouwers. Gerrit ging speciaal naar Rosmalen om dit duivinnetje te kopen. Vooral omdat het goede bloed van ‘de 777’ in dit duivinnetje zat. Later kocht Gerrit bij Jan Peters er nog een doffer bij.

 

… wordt vervolgd …


 

Het bericht Gerrit Veerman, Volendam, Eigenaar van het Beroemste Kweekkoppel van Nederland verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

De vijfzevenzeven

$
0
0

De jeugd is vol belofte. Kijken naar de  jonge duiven en jaarlingen doet een melker  met genoegen.  De jonge duiven  puberen  naar hartelust  en de jaarlingen zijn nog niet helemaal volgroeid, beleven in hun duivenbestaan heel veel voor  het eerst. De meeste liefhebbers hebben in hun duivenkolonie  wel een favoriet. Dat hoeft vooral in het begin nog niet veel  met indrukwekkende prestaties te maken te hebben.  Ja ,waarom heb je juist die voorkeur voor een duif en heb je zoveel vertrouwen!

 

Een jaarling doffer waar ik  wel alles van verwacht is de 5-7-7, een lichtkras met vrij grote neusdoppen. Hij is rustig, houdt mij in het oog, vindt het niet okee dat ik fotografeer, komt uit  een  paar april -eitjes die een bevriende duivenrelatie me  gunde.  Met potlood was op de eieren genoteerd dat ze afkomstig waren van de 87 x de 93.  Vagelijk herinner ik me dat de gulle gever iets gemompeld had van Carteus en Giant, maar dat kan ook verbeelding geweest zijn.

duiven 003

Op 13 mei werden de 577 en zijn zusje de 586 geringd. Eind augustus vorig jaar werden ze met de andere jonge duiven afgericht naar Woudenberg, Vianen en Meerkerk, daarna kwamen de zogenaamde taartvluchten naar Hank, Meer en Duffel aan de beurt. Van al deze africhtingen kwam het tweetal goed naar huis.

 

Sinds de laatste week  maart zit  de vijfzevenzeven nu met zijn duivinnetje op het eerste nestje. Het voorbije weekend hadden we bij de start van het nieuwe duifseizoen in onze vereniging de eerste africhting en testvlucht naar Vuren.  Hiervan meldde de 577 zich als eerste op het hok en won de 73e testprijs. Na het inmanden van mijn 29 duiven had onze inkorver al gezegd dat hij die 577 het mooiste vond.

 

De voortekenen lijken dus gunstig. Met de andere jaarlingen mag mijn lievelingsdoffer een serie programmavluchten met daarbij een of twee dagfondvluchten afwerken om tot slot op het Marathontoneel te kunnen  acteren.  Maar misschien stelt mijn favoriet teleur en doen zijn 586-zusje en een andere duif die minder in het oog valt het veel en veel beter. Toch heb ik zo’n voorgevoel dat mijn lichtkras met zijn dikke neus zich nog zal laten gelden en de concurrentie een duivenpoepie zal laten ruiken.

 

©c.u.

Het bericht De vijfzevenzeven verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

De favoriete Jaarling van Johan Wendel uit Assen

$
0
0

In het voorseizoen geven we onze lezers de gelegenheid de favoriete debutant voor het komend seizoen voor te stellen. Dit kan een jaarling zijn, zoals nu het geval, maar het kan ook prima een twee- of driejarige duif zijn die in 2016 zijn of haar eerste Marathonvlucht krijgt. Dit maal stelt Johan Wendel (van de comb. Wendel uit Assen) zijn favoriete jaarling voor … …

 

Johan vertelt zijn motivatie: ‘Duivensport, prachtige hobby. Vooral als je het met je zoon mag beleven. Nu is bij ons de situatie zo dat Fabian de scepter zwaait op het hok. En dat ik af en toe om de hoek kom kijken. Dus even voor de duidelijkheid, het komende jaar komen alle prestaties zijn lof toe. Het leuke is dat wij allebei onze mening en visie hebben. En nu lees ik dat Jaco graag de favorieten wil hebben. Nou, ik weet dat Fabian een andere heeft, maar dat mag hij zelf gaan vertellen. Mijn favoriet heeft in de stamboom Jellema en Gebr Limburg bloed en ook nog Jan Ernest. Dit komt door de 95-4382499 wat een uitzonderlijk goede vliegdoffers is geweest met oa een 11e, 10e  en 3e nationaal op St Vincent. Ons hok heeft heel veel uit deze bloedlijn lopen.

 

Maar nu over mijn favoriet. Hij heeft als jonge duif de jonge duivenvluchten gehad, en niks bijzonders gepresteerd. Maar ik kijk op en rond het hok naar de gedragingen van de duiven. En tsja … het is moeilijk uit te leggen, maar deze doffer heeft volgens mij het karakter om door te gaan waar andere duiven afhaken. Zit tot op heden altijd strak. Op de Vitesse/midfond en eendaagse zal hij denk ik niks bijzonders laten zien. Maar dan, ja, de overnachting onze dicipline. Dan zal hij er staan onder de goede begeleiding van mijn zoon. Onder normale omstandigheden gaat hij dit seizoen een overnachting krijgen. En ik heb er zeel veel vertrouwen in.

Stamkaart Johan Wendel

Dan de moeder die Fabian weg wilde doen. Die staat op de 12-1091328. Deze duif heeft in de afstamming de Barabas/Saffier/Jade/Orion/Fira/Lorenzo/Meike en ook weer de St Vincent-doffer van Jan Ernest. Als ik daar geen goede jongen uit ga kweken. En met een paar jaar kan ik zeggen tegen zoonlief. Ja jongen, wie heeft er nu verstand van!’

 

Een leuk verhaal met een gezonde competitie tussen vader en zoon. Als u ook een favoriete debutant heeft in 2016 dan zou ik zeggen … pak uw camera of smartphone … maak een verhaaltje over de duif en eventuele prestaties van ouders en grootouders en stuur het naar marathonduivenjournaal@gmail.com Wees niet bescheiden en u hoeft ook geen topschrijver te zijn. Als het nodig is, schaven wij het voor u bij.

Het bericht De favoriete Jaarling van Johan Wendel uit Assen verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Hoe worden de jaarlingen gespeeld? (6)

$
0
0

Het is de beurt voor het zesde deel en laatste deel over het spel met jaarlingen. Dit keer twee prachtige verhalen van twee liefhebbers, die hun sporen hebben verdiend in België en aan de Zuid Hollandse kust. Leest u maar, het zijn mooie verhalen ……

 

 

Comb. Binnemans-Van de Weyer, Geel (B)

Met hun Golden Barcelona maakt deze Belgische programmaspelers naam in 2015. Hoe ze hun jonge duiven vorig jaar hebben opgeleid en hoe ze hun jaarlingen van de Marathonploeg gaan spelen, vertelt mijn Belgische vriend Carlo van deze combinatie: ‘De oudste jongen hebben in 2015 als jong 6 vluchten gehad van 136km en de tweede ronde 2 x 136km. De september jongen hebben geen opleervlucht gehad. Als voor bereiding gaan alle jaarduiven 2x 5 dagen en nachten in verzendingsmanden om ze de mand te leren kennen en als ook zeer belangrijk LEREN DRINKEN dit gebeurd in de maand februari. De reden hier van is dat hier de midfond vluchten allemaal met 1 nacht mand gevlogen worden en ze als eerste vlucht met 2 nachten mand vliegen op Chateauroux eerste wekend in juni de duiven kwamen van deze vlucht niet fris thuis. Waarschijnlijk omdat ze niet of nauwelijks hebben dronken in de korf. Nu ze deze voorbereiding krijgen komen ze fris thuis.

 

De jaarduiven vliegen elke week een wedvlucht gestart word met mooi weer in april 2 x 136km 3 x 236km dan elke week midfond 385km tot Chateauroux (ruim 500 km) eerste wekend van juni op deze vlucht gaan alle jaarduiven mee  op al deze vluchten worden ze gespeeld op de schuifdeur. Hierna worden er een aantal koppels samen gelaten deze vliegen Bordeaux ZLU elke week worden er koppels op nest gezet zodat deze per koppel ingezet worden op wedvluchten van 700 tot 900km op 10 dagen broeden. Na thuiskomst mogen ze opnieuw aan een nest beginnen. Ze vliegen op deze manier 2 van deze vluchten. De duiven vliegen tussen deze vluchten wekelijks een wedvlucht van 136km. De September-jongen worden opgeleerd in mei en vliegen zoveel mogelijk vluchten tot 400km.
De duiven worden als jaarling nauwelijks beoordeeld. Prestaties zijn mooi meegenomen maar hoeft niet om te mogen blijven. De duiven moeten fris thuis komen en ervaring opdoen. De jaarlingen proberen we zo veel mogelijk ervaring op te laten doen. Echte selectie gebeurt als twee jarige dan moeten ze zich laten gelden. Ik vind het heel interessant verschillende manieren van verschillend liefhebbers, die alle goed met de duiven vliegen. Zo kan je nog wat leren van elkaar of een ander inzicht krijgen over de duiven.’

 

En wij leren weer hoe onze Belgische toppers het doen. Vooral de tweemaal vijf dagen in de mand. Het is een herkenbaar probleem dat jaarling het moeilijk vinden om de waterbak te vinden. Wij hadden dat in 2009 … onze jaarlingen hadden zowel als jonge duif als toen ze jaarling waren geen twee nachten mand gehad. Hun eerste vlucht met twee nachten mand was Chateaudun (een dagvlucht van rond de 535 km). Het werden uiteindelijk 4 nachten mand. Het werd ook nog eens  een pittige vlucht. Op de dag hadden we geen duif terug en 40% bleef weg. Het was een belangrijk leermoment. Nu proberen we ze als jonge duif al een vlucht mee te laten maken met twee nachten mand, maar een ieder geval als jaarling voordat ze naar een vlucht gaan, waarbij ze over kunnen blijven staan.

 

Menno Broekhoff

Menno Broekhoff, Katwijk

Onze Ambulance-verpleegkundige vertelt hoe hij zijn jaarlingen speelt. Vorig jaar had hij de snelste duif van De Kuststrook op Agen met een middaglossing en ook dit jaar zal hij vast en zeker mooie uitslagen neer gaan zetten. Hij vertelt: ‘Een groot gedeelte van mijn jaarlingen zijn vorig jaar slechts 2 a 3 x mee geweest met de natoer, tot zo,n 275 km. Ik zou graag meer willen maar na de laatste vlucht Perpignan begon voor mij en mijn gezin de vakantie. Duiven worden in het seizoen verzorgd zodra de zon op is. Dit om het gezinsleven te ontlasten, de duiven zijn gedaan voordat iedereen op is. En het zijn de mooiste uren van de dag. Begin augustus worden de lijntjes wat gevierd. Dat neemt dan ook mee dat ik iets minder aandacht heb voor de natoer….de tank is dan redelijk leeg.

 

De jaarlingen gaan zoveel mogelijk met de vluchten mee. Vaak gaan de geslachten om en om. De ene week de doffers de andere week de duivinnen. Wanneer de de doffers gaan dan gaan de duivinnen datzelfde weekend op zondagmorgen met de vereniging in Noordwijkerhout voor een lapvlucht naar Numansdorp, zo,n 52 km . Dit ligt eraan of ik geen dag of nachtdienst heb op zondagmorgen. De week daarna andersom. In de voorbereiding gaan de jaarlingen 1 tot 3 x mee naar Soupes sur Loing door naar Hank te rijden op de vrijdagmiddag. Dit doe ik met hele gezin en maken er een middagje weg van. Een prima sfeer daar en even genieten. Een bakkie koffie bij Wegrestaurant Napoleon of onderweg en dan weer terug naar Katwijk. Er wordt niet voorzichtig met jaarlingen omgegaan. Ik kijk wel wat de wind doet. Harde noordenwind of als er veel oost in zit……dan zal ik geen of weinig jaarlingen meegeven maar anders gaan ze minimaal 2 x mee op of een middaglossing of een ZLU vlucht. Dat kan zijn Bordeaux ZLU, Narbonne, Marseille, St Vincent ZLU en een enkele op Perpignan. Op de middaglossing Albi, Cahors of Agen.

 

Meestal hou ik de duiven op de lijn waarmee ze begonnen zijn . Albi, Cahors… Perpignan… Barcelona. Zo heb ik duiven die alleen die lijn hebben gevolgd en niet op de lijn westlijn zijn geweest. Ik houd alles bij hoe ze presteren. Dat doe ik al vanaf de vitessevluchten. Ik korf ze altijd in voor de wedstrijd. Iedere week krijg ik een prestatiebestand van compuclub en dat lees ik in … in Compustam. Zo volg ik de jaarlingen het hele seizoen en kan ik alles nakijken. In de prijzen vliegen op een ZLU of middaglosing is tot nu toe niet noodzakelijk geweest. Liefst wel op dezelfde dag thuis.

 

Ik ben nu 5 jaar met duiven bezig. Ieder jaar leer ik bij. De mand selecteert hier metname. Het hele jaar wordt er wel geselecteerd, metname bij entingen, behandelingen voor luis e.d . Ik geef dan de duiven punten en selecteer op de hand zonodig uit. Noteer dat in compustam. Dit is leuk om later terug te zien. Eventuele kleine tekortkomingen worden omschreven. Leuk is het om te zien dat deze soms na een jaar geheel verdwenen zijn. Wat ik eigenlijk wil zeggen de mand selecteert dus. Ik kweek veel, ik verlies veel. Dat is eerlijk om te zeggen. Wat overblijft zijn de duiven die deze manier aankunnen.

 

Iedere winter heb je weer je jonge duiven waarvan je denkt wat een schitterend beest. Alles klopt. Tot nu toe zijn deze oogappeltjes vaak als eerste weg. Selecteren is een ding, waar ik nog veel beter in moet en wil worden. Moet ik voorzichtiger zijn ja of nee. Afgelopen zomer was er een topmelker in mijn hok die op een zomeravond al mijn duiven in de hand nam. Duiven waar ik oog op had, werden soms resoluut afgekeurd. En wat had hij gelijk. Als hij afkeurde vertelde hij ook waarom en dan dacht ik waarom zag ik dat niet eerder. Het maakt mij alleen maar gedrevener. Als jonge duivenmelker heb je zoveel te leren, maak je soms fouten die je niet had hoeven te maken. Van m’n vader leerde ik dat je de eigenaardige duiven in de gaten moest houden. Duiven die anders zijn dan anderen. Zich anders gedragen . Tot nu toe klopt die les aardig met de duiven die bij mij gepresteerd hebben.  Vreemde snuiters die duiven…’

 

Twee prachtige omschrijvingen van manieren hoe met de jaarlingen wordt omgesprongen. De achterliggende gedachte en de motivatie achter deze verhalen, vertellen het echte verhaal waar het om gaat. Ik hoop dat u als lezer weer dingen heeft gelezen, waarvan u denkt … Dat ik daar nou nooit aan heb gedacht (ik wel) en dat deze dingetjes u meer plezier en profijt geven in uw hobby. Eén van de doelstellingen van ons internetmagazine.

jaco-handtekening

 

Het bericht Hoe worden de jaarlingen gespeeld? (6) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.


Liefhebbers missen regelmatig een plan (3)

$
0
0

U leest nu het derde deel over het maken van een plan is je met duiven een stapje verder wil komen, dan je tot nu toe kwam of als je nieuwe motivatie nodig hebt om door te stoten tot de betere liefhebbers in onze hobby. Is deze serie een spoorboekje tot succes. Dat is niet de intentie … de intentie is dat liefhebbers een keer in de spiegel kijken of er verbeterpunten zijn, maar het kan ook nieuwe inzichten geven. Moet dat? Nee, maar het is in ieder geval bedoeld als lekker leesvoer over onze mooie hobby. Het eerste deel was een inleiding en een attentmaking op het feit dit hobbyisten als wij zijn, weleens een plan missen en dat een goed plan maken een verrijking kan zijn van onze hobby. Het tweede deel ging over goede duiven, die wij in eerste instantie nodig hebben om onze plannen te verwezenlijken. Zonder goede duiven gaat elk plan op duivengebied ‘de mist in.’ En hoe we deze duiven kunnen krijgen en hoe we uiteindelijk deze duiven kunnen selecteren … de mand !!! In het derde deel ga ik kort in op de kweek en de opleiding …

 

Voordat ik verder ga over de kweek en de opleiding kom ik nog even kort terug op iets wat ik vorige week schreef. Ik ben geen voorstander van het keuren door zogenaamde kenners. Mijn voorkeur is dan om een hokje vrij te maken voor de duiven die je teveel hebt en die het komende seizoen te spelen en te testen. Het logische gevolg is dan bijvoorbeeld wat minder jongen te kweken in dat jaar. Soms krijg ik redelijk wat reacties op artikelen die ik schreef en dat was dit keer zeker het geval. De meeste ‘melkers’ die reageerden waren het volledig met me eens. Dat is leuk, maar niet noodzakelijk. Eén reactie was kritisch en niet van de minste liefhebber … hij zei dat ik een ‘gevaarlijke’ opmerking had gemaakt met ‘houd de duiven die teveel zijn maar aan en ga er gewoon lekker meevliegen … de mand selecteert.’ Zijn argument was: ‘Er zijn liefhebbers die overbevolking op het hok hebben en daarom niet presteren en als je dan adviseert om duiven aan te houden, als je er teveel hebt, dan komen deze liefhebbers in de verleiding er nog meer te houden.’ Een terechte opmerking van mijn duivenvriend. Overbevolking is nooit goed!!! Mijn bedoeling is om het ‘overschot’ in een leeg jonge duivenhok te doen en het jaar erop minder jongen te kweken en als je maar één jonge duivenhok hebt … later in het seizoen jongen te kweken en in ieder geval dan de helft te kweken van normaal. Ik vind het namelijk niet slim om (als voorbeeld) 20 duiven op te ruimen die nog niet getest zijn om vervolgens weer het hok vol te stoppen met de nieuwe generatie jongen. De kans is daarna enorm groot dat je er weer 20 te veel hebt aan het eind van het seizoen, als het inmiddels geen 30 zijn. …. Maar je moet in ieder geval blijven uitkijken met overbevolking, anders kun je goed presteren op je buik schrijven.

 

Als je een leuk ploegje duiven hebt verzameld, is het verstandig om jongen te kweken uit je allerbeste duiven. Het is bijvoorbeeld verstandig om de eieren van de beste helft van je koppels over te leggen naar de minste helft van je koppels. Dat is veel beter, dan dat je uit alle koppels kweekt. De kans op bruikbare duiven is dan twee keer zo groot. Wijzelf kweken alleen uit de beste 30 tot 35% van onze koppels. Een echt goede duif kweken is moeilijk. Uit bewezen goede duiven heb je meer kans, dan uit duiven die zich nog moeten bewijzen. Nu kweken wijzelf best uit sommige jaarlingen, omdat we weten dat bepaalde combinaties met regelmaat een goede duif oplevert. Nieuwkomers of nakomelingen van nieuwe combinaties moeten zich eerst bewijzen. Met de beste duiven heb je meeste kans op een nieuwe generatie goede duiven. In mijn scholierentijd verzorgde ik de duiven van een slager. Hij speelde het programma. De verzorging en de kweek was mijn ‘pakkie-an.’ In de buurt zat een liefhebber, die ook goed speelde. Winnen kon hij over een heel seizoen echter niet van ons. Hij had een keer van een paar jaar de uitslagen bestudeert en zag dat de slager elk jaar meer goede duiven kweekte dan hij en vroeg mij hoe dat kon. Hij had immers ook goede duiven. ‘Mijn antwoord was simpel: ‘Jij kweekt uit alles en hier alleen uit bewezen duiven.’

 

Het volgende deel van het plan kan zijn De Opleiding. De laatste weken heeft op het marathonduivenjournaal een serie gestaan over hoe verschillende marathonspelers hun jaarlingen spelen. De manieren van spelen varieert van heel zuinig naar ‘flink aan de tand voelen’ en alles wat er tussen zit. Al deze variaties zijn goede manieren om toe te passen. Alleen de reden moet goed zijn … de achterliggende gedachte moet kloppen. Het moet eveneens bij je passen. Er zijn liefhebbers (waaronder wijzelf) die zien dat een gemiddelde marathonduif als jaarling nog doorgroeit in zijn lichamelijke ontwikkeling. Die zijn voorzichtig in het spelen van jonge duiven en jaarlingen. Als jonge duif worden ze zelf verschillende keren gelapt en tot slot krijgen ze een vluchtje of 3 om aan de wagen en een massale lossing te wennen. Als jaarling gaat de opleiding verder met regelmatig vitesse- en midfondvluchten en tot slot een paar dagfondvluchten en misschien enkele marathonvlucht als alles voorspoedig verloopt, … meestal gebeurt dat niet, omdat de focus bij de ervaren duiven ligt. Sommige liefhebbers laten de jongen eerst uitgroeien spelen ze niet als jonge duif en in de loop van het jaarlingenjaar worden ze voorzichtig ingespeeld. Allemaal met in gedachte dat een marathonduif goed moet uitgroeien, zodat ze op latere leeftijd in staat zijn topprestaties te leveren. Kortom zuinigheid, zodat ze sterke volwassen duiven kunnen worden en dan op latere leeftijd maximaal in staat zijn ‘aan de kop te vliegen.’ Bij deze methode is geduld en ruimte een absolute noodzaak.

 

Dan heb je de liefhebbers met minder geduld en (vaak vooral) minder ruimte en die willen zo snel mogelijk weten of ze goede duiven hebben gekweekt. De jongen worden goed ingespeeld … tot vaak de laatste nationale vlucht. Als jaarling gaan ze zoveel mogelijk mee om snel in het ritme te komen en als het even kan krijgen ze twee marathonvluchten. De meesten kiezen dan wel voor twee marathonvluchten onder de 1.000 km. Dit is een methode waarmee je snel weet wat je aan je duiven hebt. Duiven die zwaar vermoeid en te laat thuiskomen kunnen worden verwijderd het hok. De eerste schifting (achterblijvers) is ook achter de rug als de duiven jaarling zijn geweest. Deze methode is streng maar met een goede opleiding als jonge duif een methode die ook te doen is en zijn voordelen heeft. Het is een methode die wel meer verliezen oplevert dan de andere methode, maar dat spreekt voor zich. Je weet wel snel wat de duiven zijn, waar je wat aan hebt.

 

De keuze die een liefhebber maakt over de opleiding is een keuze die afhangt van je mogelijkheden (ruimte, tijd e.d.) en je karakter. Of het een goede keuze wordt, ligt aan de onderbouwing, de motivatie en de uitvoering van het plan. Als je voor een bepaald plan kiest, moet je dat ook een aantal jaren volhouden, anders weet je nooit of het bij je past.

 

… wordt vervolgd …

 

 

Het bericht Liefhebbers missen regelmatig een plan (3) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Gerrit Veerman, Volendam, Eigenaar van het Beroemste Kweekkoppel van Nederland (2 en Slot)

$
0
0

Vorige week vertelde de reportage waarom ik samen met Corné naar Volendam was gegaan. Het beroemde koppel van Gerrit Veerman, wat nu bekend staat als ‘het Betuwekoppel’ en verhaal het verhaal achter dit fantastische koppel. Een bijzonder koppel dat samen het ‘Bonte Koppel’ van Nico Volkens de grondleggers zijn van vele goede duiven en marathonduivenhokken in deze tijd. Vorige week heeft u iets kunnen lezen over de duivengeschiedenis van Gerrit Veerman, vandaag leest u meer over het beroemde koppel …

 

Het ‘Volendammer-koppel’

Gerrit vormde met twee duiven een goed koppel. Hij had die speciaal aangeschaft. ‘Zijn Oude 23’ had had goede bloed van ‘de 777’ van Paul ten Have. En dit was waardevolle kweker gebleken in de loop van de jaren. Om deze goede lijnen voor te zetten kocht Gerrit zes duiven bij Jan Peters, die duiven uit dezelfde lijn bezat. en het doffertje uit ‘De Super 36’ …‘Petertje.’  ‘de 909’ van 2003 … later ‘Agnes,’ die was op de beurs gekocht in Rosmalen. Deze twee duiven  noemde Gerrit het koppel ‘het Volendammer-koppel,’ omdat er een Volendammer gedachte achter dit koppel zat. Toen de kinderen van dit koppel de bekende successen begonnen te boeken, zoals ‘de 621’ van de Gebr. Jacobs, kwam dit koppel ter sprake in een reportage over Jan Peters (door Bas Weijers). Het ‘Volendammer-koppel’ bestond uit twee duiven van Jan Peters. En in veel reportages komt dan het onderwerp voorbij of er duiven van jouw hok ook bij anderen presteren. En dat was natuurlijk met de kinderen van dit koppel zeker het geval. Het koppel werd terloops ‘Betuwe-koppel’ genoemd. Deze naam is door velen overgenomen en dan is Gerrit ook maar overstag gegaan en heet het koppel voortaan ‘Het Betuwe-koppel.’ Iedereen in het marathonduivenwereldje weet inmiddels over welke duiven het goed. Twee duiven met als achtergrond ‘de 777’ van Paul ten Have, gekweekt door Jan Peters en speciaal aangeschaft en op elkaar gezet door Gerrit Veerman. Gerrit had niet kunnen dromen hoe goed dit koppel zou worden vooraf. Hij had er een speciaal idee bij en goede verwachtingen, maar dat het zo’n enorm topkoppel zou worden, had hij ook niet verwacht. Maar wel mooi dat er vooraf een geachte bij zat: Het samenbrengen van twee duiven met als achtergrond de geweldige lijn van ‘de 777’ van Paul ten Have.

Gerrit Veerman met Corné

Nakomelingen van ‘Het Betuwe-koppel’

Het Betuwe-koppel bracht heel veel toppers voort … teveel om op te noemen, maar we willen er toch een paar de revue laten passeren. ‘De 621’ van de Gebr. Jacobs. Deze doffer won zelf de 9e nationaal Perpignan en de 16e nationaal Barcelona. En is vader en grootvader van vele goede duiven bij de Gebr. Jacobs. Maar ook bij andere liefhebbers zoals de kampioen van de FondUnie 2000, Gertjan Rigter uit Amstelveen. ‘De 742’ van 2010 won bij de Gebr. Jacobs in 2015 de 3e nationaal Agen ZLU en de 12e nationaal Marseille. Dit is een kleinkind van ‘de 621.’ ‘De Superkweker Stet’ is ook een direct kind van ‘het Betuwe-koppel.’ Deze topper (in het bezit van de goede combinatie Verweij-de Haan) is de vader van o.a. de 1e nationaal Bergerac, 4e nationaal Cahors, 15e nationaal St. Vincent en 16e nationaal Agen. ‘De Superkweker Stet’ is ook de grootvader van de 4e nationaal Perpignan van de Familie Hendriks. De 4e nationaal Barcelona van deze familie is een kleinkind van ‘Het Betuwekoppel.’ Ook deze topliefhebbers hebben veel profijt van het goede bloed van ‘Het Betuwekoppel,’ als aanvulling op het goede materiaal wat ze zelf al hebben. ‘De 524’ van Gertjan Rigter won in 2015 o.a. de 40e nationaal Marseille en de 73e nationaal Pau. Hij is een kleinzoon van ‘de 621’ van de Gebr. Jacobs. ‘De Veerman-duivin’ (2009-1015167) is één van de toppers in Schellingwoude bij Rob Timmermans. Zij won o.a. 69e nationaal Narbonne 2011, 31e nat Pau 2014 en 124enationaal Narbonne 2014. Deze duivin komt rechtstreeks van Gerrit Veerman uit Volendam en is een kleinkind van ‘Het Betuwekoppel.’ Een andere topper in deze reeks is de 1e Nationaal Narbonne 2015 van Levi van der Weijden. Haar vader is een zoon van het Betuwekoppel. Dit kleinkind uit het Betuwekoppel van Gerrit Veerman heeft als moeder een ingeteelde nazaat van het andere topkoppel uit Noord Holland, het Bonte Koppel van Nico Volkens.

Jaco met Agnes

Tot Slot

Het was een gezellige ochtend melken met Gerrit Veerman in Volendam. Wat een geweldige stam duiven heeft deze man. Het is jammer dat de gezondheid van Gerrit het soms laat afweten. Anders had hij zelf ook veel betere prestaties neergezet met de nazaten van Het Betuwe-koppel. Naast de nazaten van dit koppel, beschikt hij over veel meer goede kweekduiven. Zo heeft hij duiven van IJs Kaptein de familie van Houten, Dirk Pals, Gerard van Tuyl, Martin Vinkenborg en Kees Niesten, die hij met succes de laatste jaren heeft gekruist met kinderen uit ‘het Betuwekoppel.’ Het seizoen 2016 staat voor de deur en ook in dit komende seizoen zullen er vaak nazaten uit dit superkoppel in de kop van de uitslag komen. We gaan het voor u bijhouden. Dank je wel, Gerrit voor je openheid en wijze lessen. En ik hoop dat je komend seizoen ook zelf weer de gezondheid om een paar mooie vluchten met de besten mee te doen. Nogmaals dank.

jaco-handtekening

Het bericht Gerrit Veerman, Volendam, Eigenaar van het Beroemste Kweekkoppel van Nederland (2 en Slot) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

De kijk op het afgelopen weekend (9/10 april 2016)

$
0
0

Het duivenseizoen is begonnen. Dat betekent voor de marathonduivenliefhebbers een start van de voorbereidingen. Natuurlijk begint die al, als het vorige seizoen is gestopt, maar we zien de echte start toch als de vluchten gaan beginnen. De één doet gelijk mee, de ander gaat eerst zelf een aantal keren lappen en de volgende heeft nog geen haast en wacht nog even. Ook hier kan het op verschillende manieren. Ik wil in deze column een paar mensen voorbij laten komen, die hebben meegedaan, enkele ‘lappers’ en enkele afwachters en wat hun redenen zijn.

 

Zaterdagochtend pakte ik tegen half tien de fiets om vanuit Veenendaal naar Zetten te fietsen. Het doel was mijn conditie wat te verbeteren en om een verslagje te maken bij mijn duivenvriend Piet Heikamp, die een mooi seizoen had in 2015. Daar leest u later meer van. Op weg naar Piet reed ik rond tien uur de Betuwe in. Het was fris tegen de wind in en tegen de Grebbeberg hing een grijze gloed. Helder was het allerminst. Iets wat bij deze tijd van het jaar hoort. Toen ik het begin van de middag weer naar Veenendaal fietste was het weer volledig opgeknapt. De temperatuur was een graad of 4 warmer en het was helder geworden, ook richting de Grebbeberg. Ik dacht bij mezelf, als ik lossingsverantwoordelijke was dan had ik veel schreeuwende vitesse-spelers aan de lijn gehad. Ik had namelijk gewacht tot één uur met het lossen van de duiven.

 

Toen ik thuis kwam en ik na het verzorgen van de duiven ’s avonds een aantal liefhebbers sprak, hoorde ik dat de vluchten netjes waren verlopen met weinig nakomers. Dus de duiven hebben dit weekend een mooi vluchtje gehad en met wind schuin achter, weinig last gehad van de koude wind. Alleen de duiven die misschien wel 80 km zijn doorgeknald, moesten een stukje tegen die wind terug. Maar met een volle bak met goed voer die op hen wacht komen ze daar ook wel overheen.

 

Zelf hebben we de duiven donderdag en vrijdag gekoppeld. Dus we hebben niet meegedaan. Zouden ze netjes op een nestje hebben gezeten, hadden we de duiven nog niet ingemand. Wij hebben voor onszelf een stelregel … duiven spelen als het minimaal 15 graden is op het moment van lossen. Als we de vliegduiven nu ‘klaar’ hadden zitten, waren de jaarlingen in de middag een keer gelapt op 55 km. De overjarigen hebben voor ons helemaal nog geen haast. Die komen nog wel aan de 1.500 inspeelkilometers voordat het Pau, St. Vincent en Bordeaux ZLU is.

 

Andere liefhebbers die nog niet hebben mee gedaan zijn bijvoorbeeld vader en zoon Wendel uit Assen. Zij hebben de duiven op kleine jongen zitten en laten die eerst nog even doorgroeien voordat er wordt ingemand. Dat gold ook voor Jan Willem Steenbergen, die samen met zijn moeder speelt. Twan Nobels, Michel Kanters, Peter Beetsma, Peter van Essen, Hans van de Gruiter en Dennis Steeghs hadden ze ook nog niet mee gedaan. Hendrie Selder had alleen 14 onervaren duiven mee. De rest hoefden nog niet zo nodig.

 

Andere liefhebbers hebben hun duiven zelf gelapt afgelopen weekend. Zoals Mustar Effendi uit Assen en John van den Brakel. Harold Zwiers had zijn duiven weggebracht met Johanna de Groot op 60 km. Ze kwamen in kleine groepjes en één voor één thuis. Een goede eerste test.

 

Verschillende liefhebbers kozen ervoor om wel mee te doen en de duiven kwamen goed af. Benno Kastelein had 61 duiven (jaarlingen en overjarigen) en miste zondagochtend nog één jaarling.  Ook Silver Lady van hem was mee en kwam tien minuten na zijn eerste duif thuis. Bart van de Bovenkamp had slechts de duivinnen mee, omdat de koppels op jongen zaten. Deze kwamen allemaal goed naar huis en toen heeft deze liefhebber uit Doetinchem de doffers nog even gelapt. Jan Veerman had 31 duiven mee, waarvan 25 jaarlingen die vorig jaar niet zijn gespeeld. Zes van deze onervaren duiven waren gisterenochtend nog achter. Dat is zeker niet slecht voor de eerste keer. Marcel van der Helm had ook onervaren duiven mee (als jong alleen 2x zelf weggebracht) en miste er op hetzelfde tijdstip nog 10%. Rinus Kleppe had een gemengde ploeg van 12 duiven mee en had alles thuis. De laatste gold voor de 26 duiven van Johan van Calster en de 17 jaarlingen van Gielen-Cop uit Breda. John Hauser had zijn fondploeg ook thuis. Menno Broekhoff had zijn ploeg gesplitst in twee groepen (zaterdag Duffel en zondag met de kar) en had zondagmiddag alles thuis. Wim van Ommen, Dirk Adema en Gerrit Vedder hadden ook alles thuis.

 

Ook bij andere liefhebbers verliep het goed en deze liefhebbers hadden ze op 1 of 2 duiven na alles thuis. Zoals bij Bernard Hanno, Gerard Baarda, Gebr. Limburg, Tom van Nieuwenhuyze, Rutger Rittersma, Pieter Guelen, Arjan Bruinenberg, Arjo Witkamp, Mike Schimmel en comb. de Graaf, Peet Solleveld en Gebr. Koese.

 

Al met al was het een prima trainingsvluchtweekend voor onze marathonduiven.

Het bericht De kijk op het afgelopen weekend (9/10 april 2016) verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

De favoriete debutanten van Gielen-Cop uit Breda

$
0
0

In 2014 zijn wij gestart met onze Combinatie Gielen-Cop in Breda. Een hok werd zelf gebouwd door colega Wim Gielen. Twee afdelingen jonge duiven, 2 afdelingen vliegers en een kweekren voor 8 koppels. Duiven kwamen vooral van Benno Kastelein (Hengelo) en via een verkoop van Ad Pegels (Numansdorp). Vorig jaar een 35 jongen gekweekt waarvan er 23 jaarling zijn geworden. Deze jongen werden niet verduisterd gespeeld; sommigen zijn tot Morlincourt gespeeld (225 km) en enkelen tot Creil (309 km). Voor dit jaar is het plan om de jaarlingen in te vliegen tot 300 km en ze dan terug te koppelen om op nest 2 dagfondvluchten te doen en half juli Agen middaglossing en begin augustus Bergerac (middaglossing) of Ruffec (ochtendlossing).

Klein Rika … stamkaart

Een belofte is onze KLEINE RIKA, een blauw duivinnetje uit een doffer van Benno Kastelein en een duivin van Ad Pegels. Vader is Mr RIKA, uit Higher level x Treasure en mooi ingeteeld naar de super kweekduivin Rika van Arjan Beens, moeder van o.a. OLMGijsje, Marianne, Snelle Jelle, Rood meisje, topduiven op de marathon. (zie stamkaart). De moeder is de RODE RIKA uit klzn Red Thunder en een dochter uit Mr Bergerac/Rika ( zus OLMGijsje, Marianne, Rood Meisje ). De KLEINE RIKA is als jong gedragen tot Morlincourt en vloog 3 op 5 in de prijzen. Steeds bij onze eersten in de jonge duivenvluchten, steeds binnen de top 30 van meer dan 200 in de club. Als jong in 2015 wint ze al 3 op 5 binnen eerste 30. Als jaarling dit jaar, 2 maal zelf gedragen ( 25 km ), 6/4 Asse-Zellik leervlucht. 9/4 Quievrain 15/193 en tevens prijs per 10 Brabant 2000. Zelf is de KLEINE RIKA gekoppeld met NEW SHADOW klzn van Black Shadow ( 1e nat, 2e int Barcelona 2010 ) en de SuperAgen ( 1e int Agen 2014 ).

De 680 van Gielen-Cop

Een andere beloftevol duif is een vaal dofferje., ‘de 680.’ Opnieuw een Kastelein/Pegels combinatie. Vader is een volle broer van Early Bird van Ad Pegels, 2e nat Cahors in 2011. De moeder is de Snelle Orion via Benno Kastelein, uit het beste van Arjan Beens en Jelle Jellema. Zij is een volle zus van Patricia bij Jelle Jellema die in 2015 de 226e/8447 Narbonne won bij de jaarlingen (zie stamkaart). De 680 vloog als jong 3 op 5 in de prijzen. Zaterdag 2 april zijn eerste vlucht als jaarling : 42e/185 Ass-Zellik. Zijn jongere broer de 683 en als jong reeds vroeg van St Quentin, kwam zaterdag 2 april thuis van Asse Zellik met zijn ringpoot afgerukt en krop volledig open. Helaas moeten opruimen. Duifjes met een geweldig karakter!

DE 680 … stamkaart

Het Marathonduivenjournaal wenst deze nieuwe combinatie een goed duivenseizoen toe !!!

Het bericht De favoriete debutanten van Gielen-Cop uit Breda verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Article 0

$
0
0

VOOR HEEL NEDERLAND
INKORVEN WEGRESTAURANT NAPOLEON

KEIZERNAPOLEONWEG 11

HANK

13 – 20 – 27 mei  en 03 – 10 juni  Souppes sur Loing  … … inkorven  Hank

de inkorftijden zijn van 13.00 uur tot 16.30 uur
ÉÉN NACHT MAND VRACHTPRIJS 0,85 EURO PER DUIF MAX 27 DUIVEN PER RIETEN KORF
BIJ MINDER GOEDE VOORUITZICHTEN IS HET MOGELIJK DAT ER UITGESTELD WORD NAAR ZONDAG

Afstand tot HANK 420KM

Lossings berichten op de site Koningklijke Beligsche Duivenliefhebbersbond:

scrollen naar Souppes sur liong
Souppes sur loing de Nederlandse duiven  zijn gelost om …..

 

 

 

Via Google naar Lossingen/weerkaarten|Pigeon Paradise
België (Nederlandstalig)
De Nederlandse duiven in Souppes sur liong
Of via de volgende telefoon nr’s: 003237901913 of  003237901916 of  00323701917 of 003237901918

INLICHTINGEN: aangaande inkorven
0416-315191
06-31330432

Vriendelijke groet,

Louis van den Kieboom

Het bericht verscheen eerst op Marathonduivenjournaal.

Viewing all 2129 articles
Browse latest View live


<script src="https://jsc.adskeeper.com/r/s/rssing.com.1596347.js" async> </script>